5

Ik trok de vork uit de hond en tilde hem op en knuffelde hem. Uit de gaten van de vork lekte bloed.

Ik hou van honden. Je weet altijd wat een hond denkt. Hij heeft vier stemmingen. Blij, verdrietig, boos en geconcentreerd. Ook zijn honden trouw en liegen ze niet omdat ze niet kunnen praten.

Toen ik de hond 4 minuten in mijn armen had gehouden, hoorde ik gegil. Ik keek op en zag mevrouw Shears vanaf het terras aan komen rennen. Ze droeg een pyjama en een ochtendjas. Haar teennagels waren knalroze geverfd en ze had geen schoenen aan.

Ze schreeuwde: “Wat heb je verdomme met m’n hond gedaan?”

Ik hou niet van mensen die tegen me schreeuwen. Dan word ik bang dat ze me gaan slaan of aanraken en dan weet ik niet wat er gaat gebeuren.

“Blijf van die hond af,” schreeuwde ze. “Blijf met je gore poten van die hond af.”

Ik legde de hond op het gazon en ging 2 meter achteruit.

Ze bukte zich. Ik dacht dat ze zelf de hond ging oppakken, maar dat deed ze niet. Misschien zag ze hoeveel bloed er was en wilde ze niet vies worden. Wel begon ze weer te gillen.

Ik hield mijn handen voor mijn oren en deed mijn ogen dicht en rolde naar voren tot ik ineengedoken met mijn voorhoofd tegen het gras gedrukt lag. Het gras was nat en koud. Dat was lekker.