Zonder taal

“Eigenlijk is het wel fijn zo zonder taal,” zeg ik. “Er kunnen geen woorden tussen ons in staan.”

Daan houdt zijn kop scheef. Ook dit is een vorm van communicatie. Het betekent dat ik zijn onvoorwaardelijke aandacht heb.

“Ik denk je te kennen, maar eigenlijk ben je zo mysterieus als het binnenste van een black box. Waar is de sleutel die toegang geeft tot jouw betekenis?”

Hij gaat op zijn rug liggen, om zich eens lekker te laten vertroetelen.

In gedachten vergelijk ik zijn ondoorgrondelijkheid met die van een hermetische tekst. Terwijl ik met mijn vingers in zijn fluwelige vacht kroel, zeg ik: “Daan, ik kan er niks aan doen, maar ik stuit bij jou op de fundamentele vreemdheid van een huisgenoot.”

Daan kreunt van genot. Hier valt niets te begrijpen, pepert hij me woordeloos in. Dit is waar het om gaat, een lekkere kroel van tijd tot tijd.