HOOFDSTUK 18
==
Willem Scholten wordt verwacht in de villa, het hoofdkantoor van de rdm in Schiedam. Zijn aanwezigheid is dringend gewenst, want er zijn problemen rond een lening die het concern wil afsluiten met Barclays.
Wanneer een bank geld uitleent, gaat ze niet over één nacht ijs. Ze zal aan de lener om zekerheden vragen, zoals ze het huis als onderpand neemt bij een hypotheeklening. Zo’n zekerheid kan ook de toezegging zijn van een derde partij om het bedrag terug te betalen als de lener dat niet meer kan. Hoe de overeenkomsten er ook uitzien, ze worden juridisch dichtgetimmerd, opdat er over de rechten en plichten van elke betrokkene geen misverstand kan ontstaan. En er bij een rijzend conflict alleen maar naar de voorwaarden hoeft te worden gekeken.
Hoe ging dat nu in zijn werk met de leningen aan het rdm-concern, waarvoor het Havenbedrijf garant stond? De rechtszaken tussen de gemeente en de banken werpen daar enig licht op. Degene die de papieren in orde maakte, was Jacob Cornegoor van het kantoor Spigthoff, dezelfde die ook de ‘duikbotenovereenkomst’ van december 2002 had opgesteld, het document waarin Scholten en Van den Nieuwenhuijzen afspraken maakten over de compensatie waarop de garanties waren gegrond. Zoals gezegd was Spigthoff de huisadvocaat van Joep van den Nieuwenhuijzen.
Als spil in de juridische afwikkeling van de leningen aan de rdm is behalve Scholten ook Cornegoor van de partij in de villa op deze vrijdag 12 september 2003. Verder is Joep van den Nieuwenhuijzen er natuurlijk zelf, evenals de bankier van Barclays en de advocaat van het door de bank ingeschakelde kantoor Norton Rose. Het is deze advocaat die dwars blijkt te liggen.
Norton Rose is ingeschakeld door Barclays om een zogenoemde legal opinion af te geven. Een legal opinion is geen opinie, of een advies, maar een oordeel; een schriftelijk oordeel van een deskundige over de juridische status van iets, in dit geval de bevoegdheid van Scholten om de garanties te ondertekenen. Degene die de legal opinion vraagt, moet kunnen vertrouwen op het oordeel bij het nemen van zakelijke beslissingen.
Tussen Barclays, Norton Rose en Spigthoff is er de dag voor de bijeenkomst al druk e-mailverkeer op gang gekomen. Norton Rose had de gemeente benaderd met vragen over Scholtens bevoegdheid en uit de antwoorden opgemaakt dat hij dat weleens níét zou kunnen zijn. Norton Rose had dat in een bericht aan Spigthoff en Barclays laten weten: ‘There is a problem with the Pofa of Mr. Scholten which needs to be repaired before we can issue our legal opinion.’ ‘Pofa’ is een afkorting van Power of Attorney, oftewel volmacht. Norton Rose draagt ook een oplossing aan: als de hoogste baas van Scholten de legal opinion nu ondertekent, dan zijn alle problemen de wereld uit. Een handtekening van de burgemeester zelf, betrouwbaarder kan het niet.
Maar daar steekt Cornegoor van Spigthoff een stokje voor. ‘I was informed that this is not possible, both because Mr. Opstelten is now in China and because the specific Pofa requested by Norton Rose would shift internal responsibility from Mr. Scholten to Mr. Opstelten. This would mean that it will not be possible to close the transaction in the near future.’ De burgemeester is er niet, kan niet verantwoordelijk worden gemaakt voor de garantie, en het vertraagt de zaak alleen maar. Cornegoor dringt erop aan de tekst van het document te wijzigen: ‘In the interest of the transaction, I would urge Norton Rose and Barclays to investigate whether suitable and acceptable language can be found to be included in the opinion to address the possibility that the new Pofa is nevertheless intended to replace or limit the old.’[63] Er moet maar een tekst worden geformuleerd die alle partijen tevreden stelt.
In de villa moeten de volgende dag de laatste plooien tijdens de closing van de lening worden gladgestreken. De Norton Rose-advocaat beseft dat hij zich in het gezelschap niet populair maakt. ‘Ik kan mij goed voorstellen dat jullie mij een mierenneuker vinden’, zegt hij. ‘Dit is nu typisch zo’n situatie waarin mensen een hekel krijgen aan advocaten. Iedereen weet dat Willem Scholten de koning van de haven is en dan komt Norton Rose een beetje muggenziften over zijn bevoegdheid.’
De advocaat trekt het boetekleed aan, maar Scholten wuift dat weg. De havendirecteur trekt een memo uit zijn tas; hij heeft bij zijn hoofd juridische zaken gecheckt dat er in zijn bevoegdheid niets is veranderd, en heeft dat op papier laten zetten. De advocaat leest het memo door en ziet het al gauw: aan deze verklaring heeft hij niets. Ze is niet door een onafhankelijke beoordelaar opgesteld, maar door de eigen dienst van Scholten. Scholten is geen baron van Münchhausen, die zich aan zijn eigen haren kan optrekken, verklaart de man van Norton Rose. Hij suggereert opnieuw dat burgervader Opstelten tekent. Maar dat vindt Scholten niet nodig. Als ik elke keer moet vragen mijn bevoegdheid te laten bevestigen door de burgemeester, dan vraag ik elke keer om iets dat er al is, werpt de nu enigszins verontwaardigde havendirecteur tegen.[64]
De closing in de villa dreigt in het water te vallen. Als Norton Rose de legal opinion niet afgeeft, dan is de lening van 36 miljoen van de baan. De vergadering wordt geschorst. De advocaten en de bankier kruipen even bij elkaar om te overleggen. De ‘technisch-juridische discussie’ die zich dan ontspint gaat over het hoofd van de laatste heen, verklaart de bankier als hij door zijn inmiddels voormalige werkgever Barclays als getuige in het proces wordt opgeroepen. En de advocaat van Norton Rose houdt er tijdens het getuigenverhoor zijn mond over: hij beroept zich op zijn verschoningsrecht. Zo blijft onduidelijk wat de heren precies bespreken en afspreken. Kennelijk neemt Barclays genoegen met een toezegging dat er alsnog een ‘bevredigende’ legal opinion wordt afgegeven. En uit de uiteindelijke tekst hiervan is op te maken dat de oplossing wordt gevonden in het aanpassen van de formuleringen, zoals Cornegoor had voorgesteld. Feit is dat de heren er enkele minuten later toe overgaan om de stukken alsnog te tekenen. De deal is gered.
Barclays wist dus van de twijfels die er leefden omtrent de bevoegdheid van Scholten, zo blijkt uit de gang van zaken rondom de ondertekening. Maar gold dat ook voor Residex en Commerz? Van de transacties van beide andere banken zijn minder details bekend. Volgens Residex, die de lening een half jaar eerder dan Barclays afsloot, ging het naar eigen zeggen zo: nadat ze de documentatie voor de transactie had ontvangen, deed ze bij de directeur van het Gemeentelijk Havenbedrijf navraag of Spigthoff in dezen ook voor het Havenbedrijf optrad, zoals het kantoor in zijn legal opinion had vermeld. ‘Het antwoord was bevestigend. Residex heeft de documentatie vervolgens door het advocatenkantoor Norton Rose laten beoordelen. De documentatie werd op enkele ondergeschikte punten na in orde bevonden.’[65]
Wat de ‘ondergeschikte punten’ precies waren, geeft Residex echter niet aan. Vreemd, vindt de gemeente Rotterdam, temeer omdat de investeerder de stukken die haar advocaat heeft aangeleverd, niet aan de rechter laat zien. ‘Veelzeggend is dat Residex de adviezen van haar eigen advocaten van het kantoor Norton Rose niet in het geding heeft gebracht. Het is dus zeer wel mogelijk dat zij Residex hebben gewaarschuwd.’ Zoals Norton Rose ook Barclays had gewaarschuwd. De gemeente vermoedt dan ook dat Residex zich verschuilt achter de legal opinion. Bovendien: ‘Die opinion is listig geformuleerd en laat de mogelijkheid open dat Scholten niet zelfstandig bevoegd was.’[66]
De Commerz-lening was twee maanden na die van Barclays. Norton Rose is hier uit beeld verdwenen, de Duitse bank gaat af op een legal opinion van Spigthoff. Een schone opinie, zoals dat heet. Althans, daar gaat Commerz van uit: kennelijk is Spigthoff na eigen onderzoek tot de conclusie gekomen dat Scholten bevoegd was. [67]
Net als bij Residex, zegt Cornegoor van Spigthoff ook in deze opinie voor Commerz op te treden als advocaat van het Gemeentelijk Havenbedrijf. Dat herhaalt zich als de lening van november 2003 in juni 2004 – na de verzelfstandiging van het Havenbedrijf – wordt omgezet. Volgens Commerz is daar niets mis mee, sterker nog, het is des te vertrouwenwekkender. Een opinie van degene die zich garant stelt levert zelfs meer zekerheid op dan een opinie van een eigen advocaat. Eventuele fouten komen in dat geval voor rekening van de verstrekker van de garantie. Daar ging ook de jurist van Commerz van uit, die namens de bank de lening afhandelde. De opinie komt bij hem betrouwbaar over: ‘In de legal opinion lees ik in de eerste regel ook dat Spigthoff als special counsel is opgetreden voor het ghr, dat geeft mede het vertrouwen.’[68]
Wat Commerz hier over het hoofd zag, of zich niet realiseerde, of voor lief nam, is dat Spigthoffs advocaat Cornegoor tegelijkertijd – en misschien wel vooral – optrad als raadsman van de rdm-groep. Vreemd, vinden de gemeente en het Havenbedrijf Rotterdam, dat niet hun eigen advocaten voor de legal opinion zijn benaderd, maar de toch moeilijk onafhankelijk te noemen advocaat van de tegenpartij. Die er alle belang bij had dat de leningen zouden loskomen. Verdacht, vinden de officieren van justitie, die het dan al lopende onderzoek naar Willem Scholten en Joep van den Nieuwenhuijzen uitbreiden naar Jacob Cornegoor. Op 21 juli 2006 neemt het Openbaar Ministerie Cornegoor voor het eerst een verhoor af. Als verdachte.
[63] Citaten uit pleitnota gemeente Rotterdam in zaak tegen Barclays, 16 februari 2006, pp. 21-26.
[64] Vonnis rechtbank Amsterdam, 29 augustus 2007.
[65] Pleitnota Residex in zaak tegen gemeente Rotterdam 13 februari 2006, p. 4.
[66] Pleitnota gemeente Rotterdam tegen Residex, 13 februari 2006, p. 5.
[67] Pleitnota Commerz tegen Havenbedrijf Rotterdam, 25 september 2006, punt 79.
[68]om, requisitoir in strafzaak Cornegoor, 11 februari 2010, p. 34.