82
Je hebt van die momenten dat alles om je heen lijkt te gebeuren zonder dat je er onderdeel van uitmaakt. Je loopt verdoofd door een landschap dat je niet herkent, maar dat tegelijk bij je hoort. Het is net alsof Mhong brult: ‘Allright, shoot again! This time different angle!’
Different angle.
..
Elke keer zie ik het weer voor me.
Soumia had in vijf ronden de voormalige wereldkampioene thaiboksen Mary Hart uitgeput. Ze stompte de Britse de ring door en bleef in een moordend tempo stoten en trappen. Ik stond in haar hoek en riep haar de aanwijzingen toe. Ik brulde en maakte wilde gebaren. Tussen de ronden spraken Vin en ik op haar in. We waren aan het winnen.
Hoe het nu gaat.
Haar vader, haar zus en haar broers die naar Marokko zijn vertrokken.
‘Zijn ze al in Marokko?’
‘Vanochtend aangekomen.’
‘Weten ze het van de nieuwe nier?’
‘Ik heb het ze verteld. Ze zijn blij, maar balen dat ze dan nu net in Marokko zijn. Ze zijn jaren niet geweest en dan gaan ze een keer… Moest zo gebeuren blijkbaar.’
..
De winst kon Soumia niet meer uit handen geven. Het was beslist. Soumia zou de nieuwe wereldkampioene thaiboksen worden. Iedereen zag het. Iedereen wist het. Zoem-Zoem verpletterde haar tegenstandster. De Britse vocht dapper, maar ze miste de overtuiging in haar spel. Soumia ging te snel voor haar. Haar tegenstandster vergat te bewegen. Vergat te trappen. Vergat te denken.
M’n moeder zegt dat ze niet van plan is op te geven. Haar woorden verraden dat ze allerlei doemscenario’s in haar hoofd heeft gehaald. Ik spreek niks uit. Ik zeg niks. Ik luister.
Soumia bewoog en stootte, en danste, en trapte. Toen de bel ging na de vijfde ronde omarmde ik haar en trok haar naar me toe.
‘Je hebt het gedaan,’ fluisterde ik in haar oor. ‘Hoor je wat ik zeg? Je hebt het gewoon gedaan. Ga naar het midden van de ring. Haal je gordel op.’
Soumia glimlachte, en groette het publiek. Ze liep naar de hoek van Mary Hart, begroette de trainers en verzorgers. Mary Hart liep mijn kant op. Haar spichtige gezicht zag er vermoeid en gehavend uit. Ze begroette de verzorgers van Soumia en schudde me de hand.
‘You fought well,’ zei ik.
Ze knikte me toe en leek zich al te hebben neergelegd bij haar verlies.
Soumia zegt dat het redelijk goed gaat met haar moeder.
‘Ze is zwak,’ zegt ze. ‘Nu afwachten of haar lichaam de nier accepteert.’
Ze zegt: ‘Wordt een spannende tijd.’
De dames liepen naar het midden van de ring en gaven elkaar een hand. De scheidsrechter ging tussen hen in staan.
M’n moeder zegt: ‘Ik heb volgende week een afspraak met dokter Tan in het Sint Franciscus Gasthuis. Hij gaat me verder onderzoeken.’
De ringspreker liep heen en weer in de ring met zijn lakleren schoenen en zijn zwarte pak. Hier hadden we voor getraind. Hier hadden we voor afgezien. Het leek niets. Gewoon een gevecht in de ring. Maar een overwinning in de ring maakte goed wat er misging buiten de ring. Het zorgde ervoor dat je aan niks anders kon denken dan de overwinning. Niks was belangrijker. Op dat moment bestond alleen de ring, Soumia, haar tegenstandster, en het gevecht. Het was een drug. Je kon er niet buiten.
‘Dokter Tan is longarts,’ zegt m’n moeder.
De ringspreker keek op de kaartjes die de jury hem had gegeven en brulde door de microfoon…
‘The winner… after 5 exciting rounds of thaiboxing…’
M’n moeder zegt dat ze een scan zullen maken in het ziekenhuis.
‘Ik geef niet op,’ zegt ze. ‘Ik wil nog twintig jaar mee.’
‘And champion of the wooooorld!’
Soumia zegt: ‘De arts zegt dat ik moet leren welke medicijnen m’n moeder moet innemen. Een verpleegkundige gaat me erbij helpen. Ze krijgt een koffer vol, man!’
‘Straight from Great Britain… mary hart!’
Ik zeg: ‘Opgeven? Waar heb je het over?’
Iedereen keek verbaasd. Mary Hart, haar trainers, het publiek en Soumia, Vin en ik. Mary Hart hief haar handen in de lucht. Haar trainer en verzorgers keken vol ongeloof hoe de kampioensgordel werd vastgegespt. Soumia zocht mijn blik. Ik wist niets uit te brengen.
Ik zeg tegen Soumia dat dit een goede dag is. Als de nieuwe nier goed reageert op de medicijnen, dan zal haar moeder zich snel beter voelen.
Ze zegt: ‘Bedankt, Aal. Ik hoop het.’
Ze zegt: ‘Hoe gaat het nu met jou?’