13

 

Rusten in gewaarzijn,

de natuurlijke meditatie

 

 

 

 

Laat stilte de vaart van bewegende gedachten doorsnijden;

zie in de beweging de ware aard van stilte;

verblijf in de natuurlijke geest waar stilte en beweging één zijn.

Patrul Rinpoche 32

 

 

De hoogste vorm van meditatie wordt ook weleens ‘niet-meditatie’ genoemd. Deze wordt bereikt als je in staat bent je geest waar te nemen en die tevens volledig met rust te laten. Onder meditatie wordt doorgaans immers verstaan dat je iets doet met je geest, zoals hem kalmeren en je aandacht bij een bepaald object houden. In de ‘niet-meditatie’ doe je helemaal niets; je laat alles wat zich in je en om je heen voordoet, gebeuren zoals het gebeurt. Ja maar, denk je misschien, dat doet toch ook iedereen die niet mediteert? Nee, het grote verschil is dat de geoefende ‘niet-meditator’ volkomen helder aanwezig is. Het is dus ‘niet-mediteren’, maar tevens ‘niet afgeleid zijn’. Iemand die nooit mediteert is een machteloze speelbal op de golven van zijn gedachtestroom. Iemand die kan ‘niet-mediteren’ zit volkomen ontspannen aan de oever van zijn gedachtestroom. Het geloof in de werkelijkheidswaarde van je gedachten is verdwenen. Het idee dat jouw gedachten verwijzen naar een werkelijkheid onafhankelijk van je geest, is ontmaskerd als een vergissing. Je ziet dat je gedachten, en de werkelijkheid waar ze naar verwijzen, ‘leeg’ zijn van een onafhankelijk bestaan (shunyata). Daardoor ben je ook bevrijd van de beknellende identificatie met je gevoelens en je lijf.

 

Longchenpa noemt deze niet-meditatie ‘natuurlijke meditatieve stabiliteit’.33 En hoe tegenstrijdig dat ook klinkt, je kunt het oefenen. De methode is simpel: je gebruikt een hulpmiddel om in een heldere staat van zijn te komen, en zodra dat gelukt is, laat je alles los en ontspan je je in die helderheid. Je doet niets om die staat van zijn te verlengen of afleiding ervan te voorkomen. In plaats daarvan rust je in die staat. Je laat jezelf als het ware achterover leunen in die staat van gewaarzijn. Je begrijpt dat dit een vorm van beeldspraak is, maar er is geen andere manier om het uit te leggen. Je moet het gewoon proberen.

Dit rusten in gewaarzijn kun je op drie manieren doen. Deze komen overeen met de drie aspecten van onze ervaring. We ervaren immers een werkelijkheid buiten ons, die we doorgaans beschouwen als de materiële en objectieve werkelijkheid. En we ervaren een werkelijkheid in onszelf, die we doorgaans beschouwen als de gedachten en gevoelens van een echt bestaande ‘ik’. En als derde is er het gewaarzijn zelf dat in staat is te kijken naar deze twee kanten van onze ervaring. Hier volgen drie contemplaties die met die drie aspecten overeenkomen.

 

CONTEMPLATIE I

Begin met je geest te kalmeren en bij zichzelf te brengen. Laat vervolgens je volledige ervaring tot je doordringen als een ervaring in je geest. Kijk nu naar dat deel van je ervaring dat je doorgaans beschouwt als buiten je: de materiële werkelijkheid. Laat tot je doordringen dat je zintuiglijke ervaring plaatsvindt in het open en oorspronkelijke gewaarzijn en dat als er geen gedachten zijn, er ook geen enkele verwijzing is naar een werkelijkheid buiten die ervaring. Gewaarzijn en zintuiglijke ervaring zijn onscheidbaar één, op dezelfde wijze als reflecties in een spiegel één zijn met het zuivere reflecterende oppervlak ervan. Rust in deze directheid van je zintuiglijke gewaarwording.

 

CONTEMPLATIE II

Kijk naar dat deel van je ervaring dat je doorgaans beschouwt als binnen in je geest. Kijk naar de ruimte waarin gedachten en gevoelens opkomen, verblijven en weer verdwijnen. Zie dat deze ruimte zo helder en transparant is als kristal. Op dezelfde wijze als een zuivere kristallen bol de kleur aanneemt van het voorwerp dat eronder ligt, zo ook neemt deze pure en heldere geest de ‘kleur’ aan van iedere gedachte die zich erin voordoet. Rust in de directheid van deze gewaarwording van je zuivere transparante geest.

 

CONTEMPLATIE III

Kijk naar je volledige ervaring en richt je gewaarzijn nu op je gewaarzijn. Zie dat de waarnemer en wat waargenomen wordt één zijn. Herken gewaarzijn in de perceptie ervan. Laat de geest rusten in zijn eigen essentie. Rust in het oorspronkelijke tijdloze gewaarzijn, waarin innerlijke en uitwendige verschijnselen hetzelfde droomachtige karakter hebben.

 

Natuurlijke meditatie kan niet gecreëerd worden; het is een natuurlijke eigenschap van het oorspronkelijke gewaarzijn, op dezelfde wijze als natheid een natuurlijke eigenschap is van water en hitte een natuurlijke eigenschap van vuur. Het is de ‘natuurlijkheid’ van de ‘natuurlijke staat van zijn’. Het is gewaarzijn dat moeiteloos bij zichzelf blijft en zonder enige inspanning vrij blijft van afgeleid zijn.

Dat betekent niet dat er geen gedachten meer in je opkomen. Het betekent dat die gedachten geen aantrekkingskracht meer uitoefenen op je gewaarzijn. Of anders gezegd: je doorziet tijdens het opkomen ervan meteen dat die gedachte zelf een uitingsvorm is van gewaarzijn, waardoor de inhoud ervan zijn echtheid verliest en je gewaarzijn niet verleid wordt erover door te denken.34 Het klassieke voorbeeld is het verschil tussen bedreigd worden door een leeuw (onze gebruikelijke houding ten opzichte van onze gedachten) of door iemand die zich vermomd heeft als leeuw. Zodra je die vermomming doorhebt, is alle angst automatisch verdwenen. Zodra je ziet dat je gedachten weliswaar op overtuigende wijze een ‘echt lijkende’ werkelijkheid creëren, maar dat in werkelijkheid die ‘echtheid’ illusoir is, verdwijnen aversie en gehechtheid. Dan is er geen reden om erover door te denken.

Traditioneel wordt dit voorgesteld als ‘schrijven op het water’. Als je met je vinger letters schrijft op een glad wateroppervlak, verdwijnen ze net zo snel als je ze kunt schrijven. Zo lossen gedachten bij hun ontstaan meteen weer op in hun eigen natuur: het open en ruime gewaarzijn. Je kunt je gedachten ook voorstellen als sneeuwvlokken die landen op het water van je gewaarzijn. Zodra ze het wateroppervlak raken, veranderen ze zelf ook in water. Je hoeft daar niets voor te doen, alleen rusten in je gewaarzijn.35

 

Deze natuurlijke meditatie ontwikkelt zich heel geleidelijk onder invloed van studie, contemplatie en meditatie. Als je deze vorm van ‘niet-meditatie’ gaat toepassen, zul je telkens eventjes in die moeiteloze staat van zijn kunnen rusten, en even later toch weer afgeleid raken door je eigen gedachtestroom. Dit is heel normaal en in dit stadium heb je al afgeleerd daarover te oordelen. Toch is er ook nu al iets wezenlijk anders dan in gewone meditatie: daar probéér je immers niet afgeleid te raken, en zijn het je gedachten en emoties die jou toch telkens uit je gewaarzijn halen. Ook als je een tijdje niet afgeleid bent, is er nog steeds een ‘ik’ die probeert niet te denken en zijn gewaarzijn in stand te houden. Je kunt zo best een gedachteloze staat bereiken, een soort fixatie op het hier en nu. Toch is dit niet je natuurlijke staat van zijn, omdat er nog steeds een dualistische scheiding is tussen een ‘ik’ die mediteert en de ervaring van de meditatie. In de natuurlijke meditatie probeer je niets te voorkomen; er is geen dualisme meer tussen een ‘ik’ en wat die ik ervaart. Je rust volmaakt moeiteloos in je gewaarzijn. Na een tijdje vergeet het gewaarzijn zichzelf en kom je eerst weer in een dualistisch ik-bewustzijn terecht. Pas van daaruit vindt dan even later de volgende afleiding plaats.36

 

Het is voor een gevorderde beoefenaar belangrijk om die twee non-conceptuele staten van elkaar te onderscheiden: de ene is kunstmatig in meditatie gecreëerd door de geest te trainen in aandacht en niet afgeleid te raken. De andere is een spontane en inherente kwaliteit van onze natuurlijke staat van zijn. De ene is dualistisch: er is een ik-bewustzijn dat gescheiden is van een werkelijkheid daarbuiten. De gedachteloze staat wordt in stand gehouden door een vorm van fixatie, hoe subtiel het object van fixatie ook is (zoals het ‘hier en nu’). De andere is non-dualistisch: in de natuurlijke staat is er geen scheiding van subject en object, er is geen ‘meditator’ buiten de meditatie zelf. In de dualistische meditatie is er altijd een vorm van inspanning nodig om de gedachteloze staat te handhaven. In de natuurlijke meditatie is er een langzaam toenemend vertrouwen in het gewaarzijn als de ontstaansgrond van alle verschijnselen. Steeds meer laat je al je bemoeienis met de inhoud van je geest los. Als er geen ‘jij’ is die zich ermee bemoeit, geen identificatie meer met de inhoud van je geest, vallen subject en object vanzelf weer samen in de natuurlijke staat van zijn, het oorspronkelijke, oordeelvrije en liefdevolle gewaarzijn. Dat is natuurlijke meditatie. Eigenlijk dus heel gewoon Zijn.

 

Als je in dit stadium van het spirituele pad bent, dan strekt je ‘niet-meditatie’ zich steeds meer uit over de hele dag. Natuurlijk blijf je ook een aantal keren per dag ouderwets mediteren op je eigen vertrouwde meditatieplekje, maar de rest van de dag probeer je zoveel mogelijk te rusten in gewaarzijn, ongeacht wat je op dat moment aan het doen bent. Het spreekt vanzelf dat je dan telkens afgeleid raakt, en je moet dus gebruik maken van hulpmiddeltjes om jezelf er voortdurend aan te herinneren terug te keren naar je gewaarzijn. Zo heb ik maandenlang met een touwtje rond mijn vinger gelopen: telkens als ik het voelde stopte ik heel even met wat ik aan het doen was, ik leunde achterover in mijn gewaarzijn, en ging weer verder met mijn bezigheid. Als ik op mijn computer werk, is er een klokje dat elke tien minuten een signaal geeft. Je kunt overal in je huis herinneringetjes plaatsen: een ? op je spiegel, een ! op je wc-deur, een hartje op de koelkastdeur – de mogelijkheden zijn legio. Als deze niet voldoende werken, kun je middeltjes bedenken met wat meer overtuigingskracht zoals een beker met knikkers boven op een deur die op een kier staat: als je die vergeet vast te houden wanneer je de deur opendoet, rollen alle knikkers over je heen! Als je die vervolgens laat liggen en er telkens maar eentje opraapt als je eraan denkt, kun je ze de hele dag door als reminder gebruiken. Er zijn vast ook leuke dingen te vinden voor op je iPhone of Android37. In plaats van de hele dag afleidende sms’jes, mailtjes en twittertjes te ontvangen van je gigantische vriendenkring, kun je ervoor zorgen dat je af en toe een vriendelijk berichtje van jezelf ontvangt: Hallo lieverd, wie ben je werkelijk?

Wat ook goed werkt is de gewoonte aanleren om telkens als je van bezigheid verandert, enkele seconden te rusten in je gewaarzijn. Dus als je stopt met werken en voordat je gaat eten, als je de tv uitzet voordat je een boek pakt, als je van de wc af komt voordat je weer aan het werk gaat. Allemaal momenten die zich uitstekend lenen voor deze korte momentjes ‘met jezelf’.

 

Zeer gevorderde beoefenaars benutten ook de nacht voor meditatie. Zo wordt in de traditionele spirituele literatuur aangeraden om te gaan slapen in de houding die ‘de slapende leeuw’ genoemd wordt: op je rechter zij, met je rechter hand onder je hoofd en je linker arm op je linker dij. Dit is volgens de overlevering de houding waarin de Boeddha overleed, en misschien is dat de belangrijkste reden waarom ze aanbevolen wordt. Je kunt tevens proberen voor het inslapen zo lang mogelijk een bal van licht of een boeddha te visualiseren in je keel of in je hartstreek, en daar gewaar van te blijven. Er wordt gezegd dat zeer gevorderde beoefenaars tijdens een droom en zelfs tijdens hun droomloze slaap in het gewaarzijn kunnen blijven. Mij is dat nog nooit gelukt. Wat je wel al eerder kunt merken als je hiermee oefent, is dat als je ’s nachts wakker wordt, je je vrij snel je gewaarzijn herinnert. Dit kan er weer toe bijdragen dat je niet zo verstrikt raakt in dat slapeloze gepieker en in plaats daarvan een halfuurtje gaat mediteren. Waarbij je dan weer gemakkelijker in slaap valt.

 

Een andere manier om slaperigheid te benutten is tijdens een middagdutje. Ik ga dan altijd in een gemakkelijke houding half liggen en half zitten om niet al te diep in slaap te vallen. Vervolgens sluit je je ogen, maar blijf je voor je uit kijken. Doorgaans draaien je oogballen een beetje naar boven wanneer je slaperig bent en je ogen sluit. Het kijken naar buiten verandert dan in het kijken naar de beelden in je geest. Maar nu probeer je dus je ogen in de ‘kijkstand’ te houden terwijl ze dicht zijn. Ondertussen kom je in een soort halfslaap terecht waarin er nog wel gewaarzijn is. Soms gebeurt het dan heel spontaan dat je visuele cortex beelden begint af te vuren, soms fragmenten van beelden, zoals wuivend gras of een grindpad. Het bijzondere is dat deze beelden even helder zijn als wat je overdag met je ogen open ziet. Het duurt meestal maar even. Toch geeft het je meteen een belangrijke ervaring, namelijk dat de helderheid van je gewone dagelijkse waarnemingen echt door je hersenen geproduceerd wordt. De ervaring van licht vindt plaats in je geest en niet daarbuiten! Ik vind dat telkens weer verbijsterend.

 

De allerbeste gelegenheid om tijdens de dag te oefenen is wanneer er zich ongemakkelijke situaties of emoties voordoen. Eigenlijk kun je alleen daaraan afmeten of je vorderingen maakt op het spirituele pad. Zodra er iets ongemakkelijks gebeurt, gebruik je dat als herinnering aan je natuurlijke staat. Je kunt bijvoorbeeld meteen proberen het fysieke gevoel van je ongemakkelijkheid te verbinden met het open en ruime gewaarzijn. Eventueel gebruik je de mantra ‘Ik mag dit voelen, ik ben dit gevoel niet’. Ook als het pijnlijke gevoel niet meteen oplost in het oorspronkelijke gewaarzijn, helpt dit je om niet te veel te verkrampen in het gevoel en er niet op te reageren. Zo kunnen de helderheid van geest en de vriendelijkheid voor je eigen emoties je al een hoop ellende besparen.

Hetzelfde kun je ook doen met plotselinge begeertes. Deze tip is misschien vooral voor mannen van toepassing: elke keer als je op straat een ‘lekker ding’ tegenkomt, kun je dat benutten als een herinnering aan je natuurlijke staat. In plaats van je te verliezen in begeerlijke fantasieën of juist jezelf af te wijzen over deze hormonale activiteit, kun je de begeerte zelf meteen laten oplossen in het oorspronkelijke gewaarzijn. Dan wordt de natuurlijke staat van begeerte zichtbaar: een bijzonder sterke levenskracht. De dame in kwestie is dan allang de hoek om en uit je gedachten verdwenen, terwijl jij nog geniet van deze natuurlijke energie.

 

Zodra je eenmaal begint te oefenen met al je emoties, wordt het spirituele pad steeds vreugdevoller! Onze gebruikelijke angst voor pijnlijke emoties verandert langzaamaan in een diep en onwankelbaar vertrouwen in de natuurlijke staat van zijn. Dat maakt dat we heel anders gaan reageren op die beknellende situaties, veel minder beschuldigend en verwijtend, veel meer vanuit vriendelijkheid en compassie. Dat bespaart ons enorm veel nieuwe ellende en schept in plaats daarvan ruimte in ons dagelijkse leven. Al lang voordat je een staat van realisatie bereikt, zul je merken dat je leven steeds meer doordrongen raakt van een vreugdevolle ondertoon. Moeilijkheden zullen beslist nog op je weg komen, en je zult er af en toe nog in verstrikt raken ook, maar al die tijd is er een hoekje van je geest dat glimlachend toekijkt. Dat hoekje wordt steeds ruimer en helderder, en je dagelijkse beslommeringen steeds meer een schouwspel waar je weliswaar aan meedoet, maar steeds minder in verstrikt raakt. Het verdwijnen van het lijden uit je leven is niet alleen het verdwijnen van iets beklemmends. In plaats daarvan ontstaat er een ruimte in je geest, een vreugdevolle openheid die met geen andere vreugde te vergelijken is. Het is de ultieme opluchting. Het is thuiskomen in jezelf.