image
image
image

Collin

image

Dex speelt pas in de namiddag en daarom heb ik de boot van Levi genomen om met Megan op het meer te varen.

Vannacht was geweldig. Megan is geweldig. Ze heeft haar buien en dat vind ik gek genoeg bij haar passen. Ik vind haar leuk zoals ze is. Niemand is perfect.

Ik weet dat ze het lastig vindt om erover te praten, de beelden zullen haar altijd bijblijven, toch vindt ze het nodig om me ook dat stukje van haar te geven als ik haar over mijn familie heb verteld. Omdat ik er volledig van ben overtuigd dat ze mijn broer alleen als haar makelaar ziet, heb ik hem niet als een klootzak afgeschilderd. En dat zou ik ook niet kunnen.

Megan zit op een kussen tussen mijn benen en pakt een ander kussen dat ze op schoot legt en friemelt aan de randen.

‘Ik weet nog als de dag van gisteren dat het gebeurde. Aan de ene kant wil ik het vergeten, maar dat gaat niet. Het blijft een herinnering.’ Megan schraapt haar keel. ‘Oké, dan. Je hebt al op mijn FB-page info van me kunnen lezen, maar ik zal je de uitgebreide versie geven.’

Haar blik verandert, maar dapper als ze is gaat ze dan toch van start.

‘Nadat we met z’n vieren in een knus restaurant hadden gegeten, reed ik stapvoets omdat een stopbord naderde. Ik keek goed naar links en rechts voordat ik de kruising overstak. Het was een uur of elf, donker en het miezerde.

Keer op keer vroeg ik me af of ik het ongeluk had kunnen voorkomen, het schuldgevoel blijft voor altijd knagen. Kenneth herinnerde zich dat pa in de bijrijdersstoel naar voren hing omdat hij een grapje maakte. Ma zat achter pa en lachte mee. Kenneth zei nog dat er een gevaarlijke kruising aankwam. Het slechte wegdek en de overwoekerende beplanting maakten het niet overzichtelijk.

“Komt dat even mooi uit,” zei mijn broer, “dat je geen wijn hebt gedronken. Maar kennelijk weten andere mensen dat alcohol en verkeer niet samengaan. Vorige maand was hier ook een aanrijding. Kijk maar goed, Meggie.”

Op dat moment dacht ik dat ik zo gezegend was met ons gezin. Mijn ouders waren gezond. Pa floot altijd wanneer hij in de moestuin aan het wroeten was. Ma zette met haar hobbyvriendinnen eens in de week de hele woonkamer op z’n kop en Kenneth was na hard studeren jurist geworden. En ik? Ik had mijn passie gevonden om met kinderen te werken.

Opeens leek het alsof we in een botsauto van een kermis zaten. We spinden en spinden maar rond, totdat we eindelijk stilstonden. Ik dacht nog dat er niets aan de hand was, behalve dan dat we vanachter waren aangereden. Ik keek opzij naar mijn vader en toen op de achterbank, naar mijn moeder en Kenneth. We waren opgelucht dat we alle vier op het eerste gezicht ongedeerd waren.’

Megan stopt. Ze heeft het verdomd moeilijk. Ik wil haar vasthouden, haar schouders gaan op en neer. Ik laat me van het bankje zakken, ga achter haar zitten en sla mijn armen om haar heen. Ze klemt de hare eraan vast.

‘Mama begon ineens te gillen en mijn vader te schreeuwen. Kenneth en ik konden niets uitbrengen. Instinctief wisten we dat het niet goed was wat er binnen een paar seconden ging gebeuren.’

Strelend over haar haren sus ik een intens verdrietige Megan. ‘Je hoeft niet verder te vertellen.’

Ik heb gelezen dat een achterop komende vrachtwagen met oplegger te laat remde en hen raakte. Het wegdek was door de regen glad en de auto van de familie Van Laar schoof door en kwam midden op de weg terecht. Van die gevaarlijke kruising.

‘Ik probeerde papa nog mee te trekken en Kenneth greep mama vast, maar we hadden geen schijn van kans. Een auto ramde de rechterflank en we tolden tegen een busje dat van links kwam. We schreeuwden en huilden en de angst om zo aan je eind te komen voel ik nog elke nacht.’

Het pakje zakdoekjes met het logo van Confirming dat ik altijd bij me heb, haal ik uit mijn achterzak en ik geef het aan haar. Dankbaar neemt ze het aan en ze trekt er eentje uit.

‘Kenneth heeft geluk gehad, hij had enkele botbreuken. Ik zat in het wrak klem en met veel materieel werd ik uiteindelijk bevrijd. Ik mag niet klagen, ik leef nog, maar die pijn. En die verdomde pijn is niets in vergelijking met het verlies van mijn ouders.’ Ze snift, haar wangen worden met de minuut schraler.

In stilte troost ik haar, wat kun je anders in zo’n situatie doen? Ik heb er geen woorden voor.

De vrachtwagenchauffeur die roekeloos reed was met zijn mobiel bezig en daardoor remde hij te laat, die klootzak. Niet alleen Megans ouders zijn verongelukt, de persoon die van links kwam is blijvend invalide.

‘Rij jij als je hebt gedronken? Of kijk je op je telefoon?’ vraagt ze.

‘Niet om mezelf op de borst te kloppen, maar nee. Het voordeel is dat als we gaan stappen, meestal een van de meiden rijdt. Toen zij nog niet in beeld waren gingen we op de fiets of lopend en als we te lui waren met een taxi.’

‘Goed om te weten. Ik zou echt niet met je kunnen omgaan als je dat wel zou doen.’

‘En dat begrijp ik volkomen.’

Het pakje zakdoekjes is op één na leeg. Megan wil het weer aan me teruggeven als ze het nader bekijkt.

‘Zo, zo. Ook nog een met een touch Aloë Vera. Ik dacht al, het zakdoekje voelde al zo zacht.’

‘Kosten noch moeite bespaard. Alles voor het welzijn van onze cursisten en net zo zacht als jij.’

Over haar schouder geeft ze een glimlach en ik kan maar één ding doen. Ik buig mijn hoofd en kus haar. Onze monden spelen met elkaar en de behoefte om uitgebreid verder te gaan is er. Ik laat mijn handen onder haar shirt gaan om die heerlijke borsten aan te raken, maar ze stopt me voordat ik ze kan aanraken.

‘Wat betekent Natascha voor jou?’ vraagt ze uit het niets.

‘Hoe kom je daar ineens op?’ Een nare smaak vult mijn mond.

‘Nou, ik ben je woensdag nog achterna gekomen. Je had je armen zo innig om haar heen en je lachte. Daarom was ik in eerste instantie zo kortaf aan de telefoon.’

‘Waarom kwam je toen niet naar me toe? Natas hing om mijn nek en ik hield haar vast omdat ik haar de deur uit zette. Met een pink heb ik haar van me af gegooid, maar toen was jij zeker al weg.’

Megan staart me lang aan. Ze gelooft me niet, maar ik kan er niets anders van maken.

‘En op het feestje waar ik ook was?’ gaat ze verder. ‘Ze kwam voor jou.’

En ze kwam door mij.

‘Het slaat nergens op. Ik kende je toen niet zoals nu, ik wist niet eens dat je er was. Wij zijn op dit moment samen. Hier. Jij. Ik.’

De sfeer is plotseling ijskoud geworden.

Ze blijft wel tussen mijn benen zitten, maar mijn armen zijn werkeloos, ze liggen gestrekt op het bankje achter me.

Het water geeft me altijd een ontspannen gevoel, maar nu ben ik allesbehalve dat.

Enkele minuten heerst er een stilte.

Shit.

Ik houd dit niet vol.

Megans lange haren wapperen door de wind die begint te waaien. Het is niet haar echte haarkleur, ze is een blondine. De goudkleurige korte haartjes die tevoorschijn kwamen toen ik haar slipje omlaag schoof gaven me nog eens het bewijs.

De strengen pak ik stuk voor stuk vast, een vlecht is zo gemaakt. ‘Bedankt dat je je kwetsbaar hebt opgesteld.’ Het losse uiteinde van de vlecht leg ik over haar schouder en ik kus de vrijgekomen nek.

~~~~~

image

IN HET GRANDCAFÉ IS het al aardig druk als ik met Megan binnenkom. Handig dat Dex een vaste tafel heeft gekregen, nooit problemen om een plek te vinden.

Al fluitend worden we door Liam verwelkomd. ‘Nee maar. Heb ik de aankondiging gemist?’ Hij draait zijn hoofd naar Charlize, Stella en Kai. ‘Jullie iets vernomen van het nieuwe paar?’ Liam grinnikt. ‘Komt het toch nog goed met je, ouwe rukker. Zal ik Sjoerd vragen of hij champagne in huis heeft? Dex kan wel een deuntje spelen om het officieel te maken en dan –’

‘Wie lust er een biertje?’ Ik onderbreek hem voordat hij nog meer onzinnige woorden uit zijn mond gaat kramen. ‘Wat wil jij, Megs?’

‘Jezus, Collin. Doe normaal!’ roept Liam uit. ‘Ik denk niet dat ze je waard is als je zo tegen haar praat. Hebben jullie hem gehoord?’ Hij krijgt geen bijval en kletst weer verder. ‘Luister eens, handyman. Je kunt dan wel gezellig hand in hand met haar het café betreden...’ Ik laat hem maar, hij houdt toch nooit op. ‘Lopez.’ Zijn handen pakken mijn gezicht beet. ‘Je zei gewoon heks tegen deze lieve meid, dat kan echt niet.’

Ik leg mijn voorhoofd tegen het zijne en leg mijn handen op zijn schouders. ‘Mijn allerliefste Liam.’ Ik hoor gegiechel van de meiden. ‘Mag ik je voorstellen aan Megan, oftewel Megs, zoals ik haar noem.’

De druk voel ik in mijn vingertoppen, Liams lijf buigt niet goed onder mijn linkerhand mee. Hopelijk ben ik mijn kracht daarin niet kwijt. De voorgeschreven rust heb ik niet echt genomen, mijn handen zijn erg druk geweest dit weekend.

En de dag is nog niet voorbij.