40

Georgetown, Washington, DC

'Gamay, heb je een minuutje voor me?' riep Trout vanuit zijn werkkamer. Hij zat voor de monitor van zijn computer en staarde aandachtig naar het extra grote beeldscherm dat hij bij de grafische bewerking van de gegevens van de diverse onderwaterprojecten waaraan hij werkte, gebruikte.

'Grrpf,' antwoordde Gamay met verstikte stem uit het aangrenzende vertrek. Ze lag hoog boven de grond als een yogi in trance op haar rug languit op een smalle, door twee ladders gesteunde plank. Zij en Paul werkten aan een eeuwigdurende renovatie van het interieur van hun stenen huis in Georgetown. Rudi Gunn had erop aangedrongen dat ze een paar dagen vrij nam voordat ze op het hoofdkantoor van de NUMA verslag kwam uitbrengen. En zodra ze thuis was, had ze een karwei opgepakt dat ze eerder niet af had kunnen maken: het met levensechte guirlandes beschilderen van het plafond van hun erker.

Haar handen aan een lap afvegend liep ze naar de werkkamer. Ze droeg een oude spijkerbroek en een gestreept katoenen werkhemd. Haar donkerrode haren had ze weggepropt onder een witte muts met de tekst Tru-Test Verf. Haar gezicht zat onder de groene en rode spetters, behalve op de wasbeerachtige plekken rond haar ogen waar de veiligheidsbril had gezeten.

'Je bent net een wandelend schilderij van Jackson Pollock,' zei Trout.

Ze veegde een dot karmozijnrood van haar mond. 'Hoe Michelangelo het plafond van de Sixtijnse kapel heeft geschilderd zal me altijd een raadsel blijven. Ik ben pas een uur bezig en heb nu al last van een schildersarm.'

Trout tuurde omhoog over een niet aanwezige bril en moest onwillekeurig lachen.

'Wat zit je nou schaapachtig te lachen?' zei Gamay op haar hoede.

Hij legde zijn arm om haar slanke middel en trok haar naar zich toe. Als hij even de kans kreeg zat hij voortdurend aan haar sinds ze weer thuis waren, alsof hij bang was dat ze ieder moment weer in de jungle kon verdwijnen. De dagen dat ze vermist was, waren één grote nachtmerrie voor hem geweest, maar hij was te zeer als een yankee opgevoed om dat te laten blijken en er openlijk voor uit te komen.

'Ik denk alleen hoe vreselijk sexy ik je vind met al die verfspetters op je gezicht.'

Gamay streek teder door zijn dunne haar en veegde het naar voren over zijn voorhoofd. 'Jullie seksmaniakken weten ook altijd precies hoe je een meid plat krijgt, hè.' Haar oog viel op de afbeelding op het scherm. 'Heb je me daarom geroepen?'

'Voor verdere spontane romantiek dus geen interesse. Goed.' Hij wees op het scherm. 'Vertel eens wat je ziet.'

Op Pauls schouder geleund tuurde ze naar de monitor. 'Geen breinbreker. Ik zie schitterend gedetailleerde tekeningen van acht prachtige gezichten.' Haar stem sprong op het wetenschapperstoontje over, de monotone dreun van een patholoog die verslag doet van een lijkschouwing. 'Op het eerste gezicht lijken de gelaatstrekken identiek, maar bij nadere beschouwing neem ik subtiele verschillen waar, met name rond de kaak en de mond, maar ook op de schedel. Hoe doe ik 't, Sherlock?'

'Je kijkt niet alleen, maar je ziet ook iets, beste Watson.'

'Simpel, beste kerel. Wie heeft die tekeningen gemaakt? Het zijn ware kunstwerkjes.'

'Onze geachte dr. Chi. Een man met vele talenten.'

'Ik heb de professor lang genoeg meegemaakt om me wat hem betreft nergens meer over te verbazen. Hoe kom je eraan?'

'Chi heeft ze me laten zien toen ik hem op de Harvard Universiteit tegenkwam. Hij vroeg me of ik ze aan jou wilde laten zien. Hij wist nog dat je archeologie hebt gedaan voordat je op biologie overstapte. Maar hij wilde vooral dat er iemand met een onbevangen oog naar keek.' Trout strekte zijn lange lichaam uit en vouwde zijn handen achter zijn hoofd ineen. 'Ik ben een diepzeegeoloog. Ik kan hier naar kijken en er de mooiste dingen bij verzinnen, maar in wezen zegt het me helemaal niets.'

Gamay trok een stoel naar zich toe.

'Je moet het zo zien, Paul. Het is net als wanneer iemand je een steen van de oceaanbodem laat zien. Wat is dan het eerste wat je vraagt?'

'Simpel. Waar hij hem gevonden heeft.'

'Bravo.' Ze gaf hem een kneepje in zijn wang. 'Bij archeologie gaat het net zo. De Mayacultuur was niet mijn specialiteit voordat ik op hydrobiologie overstapte, maar dit is mijn eerste vraag aan jou. Waar komen deze hiërogliefen vandaan?'

Trout tikte op het scherm. 'Deze komt uit de opgraving die Chi met MIT aanduidt. Waar jij die chiclero's tegen het lijf liep.'

Bij de herinnering aan de stekende zon, de vochtige jungle en de ongeschoren, onbehouwen kerels schoten Gamay de rillingen over haar rug. 'En de andere?'

'Allemaal van verschillende locaties die Chi heeft bezocht.'

'Waarom heeft hij speciaal deze uitgekozen, afgezien van het feit dat ze vrijwel identiek zijn?'

'De vindplek. Ieder gezicht komt uit een observatorium dat met een fries is versierd waarop dezelfde, al dan niet Fenicische schepen staan afgebeeld.' 'Intrigerend.'

'Ja ja. Dat vond de professor ook. Door die schepen hebben ze met elkaar te maken.'

'Wat wil dat zeggen?'

'Dat weet ik niet,' zei hij met een schouderophalen. 'Ik vrees dat dat mijn Midden-Amerikaanse kennis te boven gaat.'

'Waarom vragen we het niet aan dr. Chi?'

'Heb ik zojuist geprobeerd. Op zijn kantoor in Mexico City was hij niet. Ze zeiden dat hij er wel was geweest, maar nu niet meer bereikbaar was.'

'Weet ik alles van. Ze zeiden zeker dat hij met veldwerk bezig was.'

Trout knikte. 'Ik heb een bericht achtergelaten.'

'Ik zou nergens op rekenen, zeker niet nu hij zijn HumVee terug heeft. Wat dacht je van Orville?'

'De dwaze professor? Dacht ik ook al aan. Maar ik wilde het eerst aan jou laten zien, misschien brengt het jou op een idee.'

'Bel Linus Orville. Dat is mijn idee.'

Trout bladerde in zijn adressenbestand en vond het nummer. Toen Orville opnam, zette Trout hem op de externe luidspreker.

Ach, Mulder en Scully,' zei Orville, doelend op de beide FBI-agenten in een populaire tv-serie. 'Hoe gaat het met de X-files?'

Zo serieus als hij maar zijn kon, antwoordde Trout: 'We hebben concrete bewijzen gevonden dat de mysterieuze schepen op de reliëfafbeeldingen van het verloren continent Mu afkomstig zijn.'

'Dat meent u niet!' reageerde Orville opgewonden.

'Ja, dat meen ik niet. Ik wilde gewoon het woord Mu een keer zeggen.'

'Een hartgrondig "nou moe" dan maar van mijn kant, Mulder. Gaat u me de échte reden waarom u me belt nog vertellen?'

'We willen graag horen wat u van de tekeningen vindt die dr. Chi aan Paul heeft gegeven,' zei Gamay.

'O, die Venus-hiërogliefen.'

'Venus?'

'Ja, die reeks van acht. Ieder figuur is een andere incarnatie van de god Venus.'

Gamay keek naar de groteske profielen met de geprononceerde kaken en voorhoofden. 'Hè. Ik heb me de godin van de liefde altijd voorgesteld als een lieftallig meisje dat gelegen op een schelp uit een schuimende branding opduikt.'

'Dat komt omdat u zich door de visie van Botticelli hebt laten hersenspoelen en u uw tijd, voordat u in dat Temple of Doom-spel verstrikt bent geraakt, aan de bestudering van de klassieke oudheid hebt verspild. De Venus van de Maya's was mannelijk.'

'Typisch macho.'

'Maar ten dele. De Maya's waren sterke voorstanders van gelijkheid als het om mensenoffers ging. Venus symboliseerde Quetzalcoatl of Kukulcan. De gevederde slang. Het heeft allemaal met elkaar te maken. De analogie van geboorte en wedergeboorte. Net als Quetzal-coatl verdwijnt Venus in haar baan enige tijd uit zicht om daarna weer terug te komen.'

'Ik snap het,' zei Trout. 'De Maya's versierden hun tempels met afbeeldingen van de god om hem gunstig te stemmen zodat hij weer terug zou komen.'

'Dat speelde ook een rol, ja, een vorm van hielenlikkerij. Hierbij is van belang dat je weet dat hun architectuur hecht met hun godsdienst verbonden was. De gebouwen van de Maya's stonden vaak op exact bepaalde plekken ten opzichte van bijvoorbeeld het zonnewendepunt en het nachteveningspunt of de punten waarop Venus verdwijnt en weer tevoorschijn komt. Met andere woorden een hemelcalculator.'

'Professor Chi,' zei Gamay, 'vergeleek het observatorium op de MIT-locatie met de hardware van een computer en de inscripties met de software ervan. Hij had het gevoel dat het slechts een deel van een groter geheel was, een heel computersysteem als het ware.'

'Ja, die theorie heeft hij mij ook verteld, maar die gegraveerde toren van u is daarmee nog lang geen IBM-kloon.'

'Maar het is toch mogelijk dat die toren met de anderen samen een veel groter geheel vormden?' hield Gamay koppig vol.

'Begrijp me niet verkeerd. De Maya's waren ongelooflijk ontwikkeld en stellen je steeds voor verrassingen. Hun straten en de toegangen tot hun paleizen bevinden zich vaak in het verlengde van de stand van de zon of sterren op bepaalde tijdstippen van het jaar. De priesters ontleenden heel veel macht aan hun kennis van de standen van Venus. De god Venus vertelde de boeren wanneer ze moesten planten en oogsten, en wanneer het regenseizoen voor de deur stond. In het Caracol bij Chichén Itza zitten ramen die een exacte lijn vormen met de stand van Venus op bepaalde punten aan de horizon.'

'Voor zover ik weet, zijn er geen inscripties met schepen in het Caracol,' zei Gamay.

'Die zijn alleen in die acht tempels gevonden. Venus is acht dagen van zijn omloop niet zichtbaar. Heel beangstigend wanneer je voor belangrijke beslissingen van die planeet afhankelijk bent. Dus wierpen de priesters een paar maagden in een bron, manipuleerden wat met aderlatingen en alles kwam weer puik in orde. Over aderlatingen gesproken, over vijf minuten heb ik een college. Is het erg als we dit fascinerende gesprek op een later tijdstip voortzetten?'

Gamay had nog een laatste vraag. 'U zei dat Venus gedurende acht dagen verdwijnt en dat we acht tempels met afbeeldingen van schepen kennen. Toeval?'

'Chi denkt van niet. Moet nu echt gaan. Sta te trappelen van ongeduld om mijn studenten over de Mu'tjes te vertellen.'

De telefoon werd opgehangen. Paul pakte een geel blocnote op. 'Dat was buitengewoon leerzaam. Laten we 't eens op een rijtje zetten. Er zijn acht observatoriumtempels. Allemaal gebouwd om de baan van Venus aan te geven.' Trout maakte een aantekening. 'De bouwwerken waren tevens aan een bepaald thema gewijd, de aankomst van mogelijk Fenicische schepen vol met kostbaarheden. Een gewaagde gok: de observatoria en Venus hebben iets met de schat te maken.'

Gamay was het met hem eens. Ze pakte de blocnote en tekende acht willekeurige cirkels. 'Dit zijn de tempels.' Vervolgens verbond ze de cirkels met lijnen met elkaar en staarde enige tijd naar het resultaat. 'Er is iets mee,' zei ze.

Paul keek naar haar krabbels en schudde zijn hoofd. 'Lijkt op een spin met platvoeten.'

'Dat komt omdat wij het vanuit ons perspectief vanaf de grond bekijken. Moet je zien.' Aan de rand van het vel tekende ze twee sterren. 'Verhef je boven het aardoppervlak. Dit is Venus op haar uiterste punten aan de horizon. De tempel die ik op de MIT-locatie heb gezien, had twee sleufachtige openingen die op schietgaten in een kasteel leken. Dit krijg je als je van dat raam een lijn naar de uiterste punten van Venus trekt. Nu doe ik hetzelfde vanuit het andere raam.' Tevreden met het resultaat trok ze dezelfde lijnen ook vanuit de andere observatoria.

Vervolgens duwde ze Paul het vel met het rooster van lijnen onder de neus.

'Nu is het net de bek van een krokodil die op het punt staat toe te happen,' zei hij.

'Misschien. Of een hongerige slang.'

'Denk je nog steeds aan dat beest?'

'Ja en nee. Dr. Chi droeg een amulet om zijn nek. Hij noemde die de gevederde slang. En daar doet dit me aan denken: de bek van Kukulcan.'

'Je hebt de exacte ligging van de observatoria nodig om hier een zinnige conclusie uit te kunnen trekken. Jammer dat Chi niet bereikbaar is.'

Gamay luisterde maar half. 'Ik bedenk me opeens iets. Die sprekende steen waar Kurt en Joe naar op zoek zijn. Zou daar ook niet een bepaald lijnenpatroon opstaan?'

'Klopt. Ik vraag me af of er een verband is.'

Trout pakte de telefoon. 'Ik bel Chi en laat een bericht voor hem achter dat hij zo spoedig mogelijk contact met ons moet opnemen. Daarna bellen we Kurt om hem te vertellen dat jij misschien iets hebt gevonden.'

Ze bekeek het vel met haar wicheltekens nog eens aandachtig. 'Ja, maar wat?'