‘Nee, het kan geen bijwerking van de slaapmedicatie zijn.’ Een onbekende man stond vlak naast Sams bed.
‘Wat was het dan?’ vroeg haar moeder.
De man pakte Sams pols en legde zijn vingers tegen haar slagader. ‘Heeft ze iets heftigs meegemaakt de afgelopen tijd?’
‘Er is een hoop gebeurd.’ Haar moeder schraapte haar keel. ‘Een vechtscheiding, verhuizing vanuit Nederland, nieuwe school, een goede vriend met problemen.’
‘Hmm.’ De man zweeg even. ‘Dat is een hoop stress voor zo’n jong meisje. Toch lijkt het me niet de reden. Alles wijst op een paniekaanval. Dat kan komen door stress, maar meestal wordt het veroorzaakt door een trauma.’
Vond hij alle ellende niet traumatisch genoeg?
Het komt door Hunter, fluisterde haar innerlijke prinses, de stem die het goed met haar meende.
Joh, zou je denken? mopperde haar boze stemmetje.
Sam wist ook wel dat het door Hunter kwam, dat hoefden ze haar niet te vertellen. De angst voor hem was te groot en dat ze het niemand durfde te vertellen, maakte het nog groter.
Voorzichtig opende Sam haar ogen. Een grote kroonluchter bungelde boven haar aan het plafond. Gelukkig, ze was gewoon thuis. Ze hadden haar niet meegenomen naar het ziekenhuis.
‘Sam?’ Haar moeder streelde haar wang. ‘Hé, daar ben je weer. Hoe voel je je?’
Sam tuurde naar de man links van haar. Hij was nog vrij jong; donker haar en een vriendelijke lach. ‘Hallo, Sam. Ik ben dokter Smith. Hoe voel je je?’
‘Goed,’ antwoordde ze zo enthousiast mogelijk, in de hoop dat hij ophoepelde met zijn traumadiagnose.
Zijn donkere ogen zochten de hare, maar Sam ontweek ze. ‘Weet je waarom je zo in paniek raakte?’
Sam schudde haar hoofd. Het komt door Hunter! schreeuwde haar innerlijke prinses, zo hard dat ze hoopte dat de dokter het hoorde. Sam liet haar boze stemmetje haar knock-out slaan.
‘Ze is gisteren omver gelopen door een hert.’ De stem van Alex klonk vanuit een verre hoek van haar kamer. Hé, was hij er ook? Wat lief. ‘Kan ze daar geen schade van op hebben gelopen?’
‘Ben je soms hard op je hoofd gevallen?’ De arts keek haar vragend aan.
Ze had een paar dreunen van Hunter gehad, maar die zouden toch niet zo hard zijn aangekomen dat ze er letsel van op had gelopen? Haar gezicht was niet eens blauw.
‘Valt wel mee.’
‘Ben je buiten bewustzijn geweest?’ Sam schudde haar hoofd. ‘Hmm, dan lijkt het me niet. Wil je voor de zekerheid een scan laten maken?’
Weer schudde Sam haar hoofd. Ze wilde niet nog meer mensen voorliegen, ze wilde niet nog meer in de problemen komen.
‘Ik geef je wat kalmerende medicijnen, denk je dat je behoefte hebt aan een gesprek met een psycholoog?’ Sam liet haar hoofd nog maar eens van links naar rechts bewegen. Nee, nee, nee. Laat me met rust! Dat was alles wat ze wilde.
‘Laat het me weten als je je bedenkt, oké?’ De dokter stak zijn hand naar haar uit en verliet samen met haar moeder de kamer. Achter hem verscheen Hannah. Ze had al die tijd in een hoekje van de kamer gezeten. Haar ogen waren rood en haar wangen zaten vol vlekken.
‘Hé,’ fluisterde Sam en ze stak haar hand naar Hannah uit. ‘Sorry dat ik je zo heb laten schrikken.’ Hannah kwam naar haar toe en dook bovenop haar, met haar armen om Sam heen geslagen. Snikkend drukte ze haar gezicht in Sams haren. Sam legde een hand op haar rug en stelde haar gerust. ‘Er is niets aan de hand, ik ben gewoon een beetje overspannen.’
‘Hannah.’ Alex stapte op hen af, legde zijn hand op haar schouder en trok haar voorzichtig bij Sam vandaan. ‘Zou je Sam en mij heel even alleen willen laten?’
Hannah deed wat haar gevraagd werd en verdween uit Sams kamer. ‘Vond je dat nodig? Ze is hartstikke van slag,’ mopperde Sam naar hem.
‘Ze is niet de enige. Ik wil dat je me nu vertelt wat er gisteren echt gebeurd is.’ Zijn blik was zo serieus dat Sam niet eens meer durfde te liegen. ‘Ik meen het, Sam. Ik ga hier niet weg voor je me de waarheid verteld hebt.’ Hij liet zijn achterste op haar bed zakken, sloeg zijn benen en armen over elkaar en wachtte demonstratief.
Een eenzame traan rolde over haar wang. Alex zag hem, viste een zakdoek uit zijn zak en stak hem haar toe. Sam bracht de zakdoek naar haar wang en snoof de bloemigheid van een soort Robijntje wasverzachter op. Door die bekende geur, waarvan ze nooit gedacht had hem ooit nog te ruiken, kwamen er nog meer tranen los. Sam wilde gewoon even geknuffeld worden. Vastgehouden. Liefde voelen van een ouderfiguur.
‘Hé.’ Alex legde zijn hand weer bemoedigend op haar schouder, zoals hij dat al meerdere keren had gedaan. ‘Vertel het me.’
Sam sloeg haar armen om zijn hals en trok zichzelf overeind, tegen zijn sterke lichaam aan. Met enige twijfel legde Alex zijn armen om haar heen en hield hij haar stevig vast. Een zachte kus belandde op haar kruin. ‘Het is goed, Sam. Het is goed.’
Alle tranen die ze nog had, stroomden uit haar ogen en doorweekten zijn keurig witte overhemd. ‘Hunter ...’ snotterde ze. ‘Hij ...’
Alex drukte Sams haperende lichaam nog dichter tegen zich aan, streelde haar over haar rug en kalmeerde haar met zijn stem. ‘Wat heeft hij gedaan, Sam? Vertel het me, alsjeblieft. Ik kan je niet helpen als ik niet weet wat er aan de hand is.’
‘Het was geen hert ...’ Sam drukte zichzelf een paar centimeter bij hem vandaan en keek hem in zijn ogen. ‘Het was Hunter.’ Sam werkte zichzelf nog een stuk verder bij hem vandaan. ‘Hij wil me pijn doen, ik ben zo bang voor hem. Als jij gisteren niet was gekomen ...’
Vanuit de hal, over de schouder van Alex, staarden twee paar betraande ogen Sam aan. Haar moeder en Hannah. Ze hadden het gehoord, ze hadden alles gehoord.
Sams hart klopte weer in haar keel. Ze wist niet zeker of ze weer door ging draaien en stuiptrekkend op de vloer zou eindigen. Was Scott maar bij haar.
Alex rechtte zijn rug en schraapte zijn keel. ‘We moeten aangifte doen.’
Sam schoot overeind. ‘Hij vermoordt me als ik hem weer op laat sluiten.’
‘Heeft hij dat gezegd?’ Alex ging staan en trok zijn stropdas recht.
Sam schudde haar hoofd. ‘Nee, dat niet.’ Ze sloot haar ogen voor een paar seconden en dwong zichzelf te kalmeren.
‘Jammer,’ gromde Alex. ‘Dan had ik hem nóg harder aan kunnen pakken.’
‘Denk je dat je het aankan?’ Mevrouw de Groot stapte de kamer binnen. ‘Zal ik met je meegaan?’
Sam schudde haar hoofd. ‘Dat hoeft niet. Alex gaat met me mee, toch? Hij weet precies wat ik moet zeggen, wat ik moet doen.’
Alex knikte instemmend, pakte haar hand en hielp haar van haar bed.‘Weet je zeker dat je je moeder niet mee wilt nemen naar het bureau?’
Sam zou nog een hersenschudding krijgen van al het geschud, maar toch deed ze het weer. Ze had haar surrogaatvader en advocaat ineen, dat was voldoende. Haar moeder zou alleen maar veel te bezorgd zijn, en dat zou haar te zenuwachtig maken.
‘Wacht even.’ Sam liet Alex’ hand los, strompelde naar haar inloopkast, pakte de champagnekleurige jurk die haar beste vriendin zo mooi stond, en drukte hem in Hannah’s armen. ‘Hier, niet vergeten. Ik spreek je snel, oké?’
Hannah huilde nog steeds. Sam drukte een kus op haar wang. Ze voelde zich zo schuldig. Hannah moest zich rot geschrokken zijn.
Met benen zwaar als lood schuifelde Sam uiteindelijk achter Alex aan en liet zichzelf in de bijrijdersstoel van zijn dure wagen zakken.
‘Het komt goed, dat beloof ik je.’ Hij gaf haar een knipoog en startte de wagen. ‘Hunter gaat de cel in en komt er voorlopig niet meer uit.’