117

Heeremijntijd! Kind, ben je niet goed wijs! Die arme hond!

Er ontstond een geweldig spektakel in de coupé, de trein vloog in volle vaart over

de rails.

Pietje snapte eerst niet, waarom de menschen toch zoo'n verbazende drukte maakten om niets. Spits kon wàt hard loopen, nog harder dan een locomotief, dit had hij toch al zoo dikwijls gezien. Maar nu de menschen zich steeds angstiger maakten, werd hij toch ook een beetje ongerust en opeens sprong hij op de bank en trok aan de noodrem. Groote genade, wat een schok! De menschen rolden op en over elkander heen toen de trein tot stilstand kwam.

Chr. van Abkoude, Pietje Bell, of de lotgevallen van een ondeugenden jongen