“Gefeliciteerd, lief,” zei Huib toen ze eindelijk alleen waren.
Hij trok Marte in zijn armen. Zijn lippen raakten de hare, gleden over haar neus en haar wangen, haar oogleden, om weer terug te komen op haar mond.
“Alweer?” lachte ze met trillende knieën door de reactie die haar lichaam voelde op zijn vederlichte aanraking.
“Ja, met al die kinderen van jou erbij en later ook nog je ouders en vrienden kan ik je niet feliciteren zoals ik dat zou willen. Maar nu hebben we nog een paar minuten voor onszelf.” Opnieuw zocht zijn mond de hare. Ze hield zich stevig aan hem vast, liet haar ene hand over zijn rug glijden, trok zijn overhemd uit de broek en gleed over de naakte huid van zijn rug.
Ze hoorde zijn ademhaling een moment stokken en glimlachte. Hij reageerde net zo op haar als zij op hem.
Het was een leuke dag geweest. Meteen ‘s morgens bij het wakker worden hadden de kinderen voor haar gezongen. Ze waren op het grote bed gekropen en zongen alle verjaardagsliedjes die ze kenden. Luka en Meike hadden haar stoel versierd met slingers en ze hadden ook allemaal een pakje voor haar. Daar zorgde Martes moeder altijd voor, maar deze keer zei Luka dat hij zijn cadeautje helemaal alleen gekocht en betaald had. “Voor bij je nieuwe koffiezetapparaat,” had hij gemompeld. Marte was verrast geweest met de prachtige beker waarop gedrukt stond: voor de liefste moeder. “Dank je, schat. Wat een prachtig cadeau.”
Tegen koffietijd waren haar ouders gekomen en de post had kaarten gebracht van familieleden die te ver woonden om langs te komen op een doordeweekse dag. Ook van haar schoonmoeder, die er, zoals altijd, een briefje van vijftig euro bij in had gestopt. Huib kwam meteen na zijn werk en had niet alleen een koffiezetapparaat bij zich, maar ook een grote bos bloemen en een prachtige dunne trui, die Marte meteen aantrok, ‘s Avonds waren haar ouders weer gekomen en ook Heleen en haar man. Ja, het was een feestelijke dag geweest en die zou nog feestelijker kunnen eindigen als ze Huib nu vroeg te blijven, maar ze deed het niet. “Na de meivakantie,” zei ze.
“Wat na de meivakantie?” Hij liet haar los en keek haar vragend aan.
Ze schoot in de lach. “Aha, je kunt nog steeds geen gedachten lezen? Het zou zo heerlijk zijn als je nu kon blijven, maar ik wil niet dat de kinderen je in mijn bed vinden, voordat we met hen gepraat hebben.”
“Dat spreekt toch vanzelf, lief. Ik ga zo gewoon weer naar huis, maar eerst help ik je met opruimen en heb ik nog een vraag.”
“Niks ervan. Dat is vijf minuten werk, want ik was morgenochtend pas af, als jij op je werk zit. Bovendien heeft mijn moeder het meeste al afgewassen. Een vraag?”
“Ja, en het is een zeer serieuze vraag. Heb je nog even?”
Ze keek hem geschrokken aan, want zijn gezicht stond opeens heel ernstig. Wat was er aan de hand?
Toen Huib zag dat ze van hem schrok, lachte hij. “Het is wel ernstig, maar niet erg. Je kunt gewoon nee zeggen, hoor.” Hij haalde een A4’tje uit zijn jaszak en stak het haar toe. Ze bekeek het met grote ogen. Ze zag een foto van een ruim, vrijstaand huis met boven zeker vier slaapkamers en een zolder waar misschien ook wel een slaapkamer was in een buitenwijk van de stad, die hooguit vijftien jaar oud was. Ze las de tekst en ontdekte dat er op zolder zelfs twee slaapkamers waren met dakkapel, dat er boven een badkamer met bad en tweede toilet was, dat er een ruime schuur was en een garage. Plus een aardige tuin rondom het huis. “Wat bedoel je hiermee?”
Hij lachte, nam haar mee naar de bank, ging zitten en trok haar mee. “Ik werk toch bij Volkshuisvesting. Dat betekent dat ik veel in de verschillende wijken op pad ben en vaak hoor ik als eerste dat een huis te koop aangeboden gaat worden. Als ik wil, kan ik dus eerder dan anderen reageren. Dit huis is gisteren te koop gezet en ik was er meteen weg van. Lijkt het jou niet wat om daar met ons allen te gaan wonen?”
Ze keek hem met grote ogen aan. Vervolgens keek ze weer naar het papier en las ze nogmaals de tekst. Er stond geen vraagprijs op, maar ze kon zo wel zien dat het huis erg duur moest zijn. “Dat kan niet, Huib. Dat is te gek.”
“Waarom? Ik verkoop mijn huis en dan kopen we dit.”
“We? Ik heb geen cent om te investeren.”
“Dat weet ik en dat bedoelde ik ook niet, maar toch zeg ik met opzet we. Als we getrouwd zijn, is het van ons samen, dus moet jij het er wel mee eens zijn dat we dit kopen.”
“Maar…Huib, het is fantastisch, al die ruimte en die slaapkamers, maar het is te duur.”
“Niet waar. Ik heb het allemaal uitgerekend en het kan heel goed. De hypotheekrente is op dit moment een stuk lager dan de rente die ik zelf elke maand betaal. Ik kan dus meer lenen voor dezelfde maandelijkse last. Bovendien heb ik een aardige overwaarde op mijn huis en die stop ik in dit huis. Marte, dat is echt het punt niet. Het punt is: wil je hier met mij wonen?”
Ze schudde haar hoofd. “Dit kan ik niet aannemen. Het is te veel!”
“Je ziet het echt verkeerd, lief. Om eerlijk te zijn vind ik allebei onze huizen te klein voor zo’n groot gezin. Ik heb maar twee slaapkamers en hier kan wel een kamertje voor Luka op zolder gemaakt worden, maar de meisjes moeten straks ook uit elkaar. Als Meike ook naar het voortgezet onderwijs gaat, heeft ze een eigen plek nodig om te leren.”
Marte knikte. Dat was wel zo, maar toch.
“Dit huis is groot genoeg. Er is zelfs nog ruimte om je schoonmoeder te laten komen logeren.” Hij lachte. “Maar het is ook een soort van verzekering en zo moet je het zien. Als we trouwen en alles blijft goed, dan zijn we hier gewoon samen gelukkig. Maar stel dat je toch wilt scheiden. Jij hebt dan niets meer, omdat je hier de huur hebt opgezegd. Je hebt dan recht op de helft van dit huis. In elk geval van de opbrengst. Veel is dat niet, maar je kunt ervan verhuizen en een nieuw huurhuis inrichten. Als ik mocht komen te overlijden, kun je hier blijven wonen, want dan erfje mijn deel. Het is geen geschenk van mij, maar een verzekering voor jou.”
“En jij?” vroeg ze. “Wat heb jij dan? Jij bent je huis kwijt.”
“Nee, hooguit wat geld. Jij hebt meer te verliezen, Marte. Jij geeft dit huis op en je uitkering. Ik ben maar alleen. Ik vind altijd weer een plekje om te wonen en ik heb een baan en verdien geld. Ik red me wel, maar jij? Als je niet terug kunt naar dit huis? Met vier kinderen? Jij hebt echt meer te verliezen dan ik. Dingen die niet met geld te betalen zijn. Dus laat me dit huis voor ons kopen. Ik bedoel: laten we zo snel mogelijk gaan kijken of je er wilt wonen en laten we het dan doen!”
Ze zuchtte en gleed met een vinger over de foto. Het huis zag er fantastisch uit en wat zou het heerlijk zijn om zo veel kamers te hebben!
“Weet je, Marte, ik wil immers niet meer naar de toekomst kijken. Ik wil nu leven en nu gelukkig zijn en volgens mij kunnen we in dit huis heel gelukkig zijn!”
Twee dagen later was het de dag van de gymnastiekuitvoering. ‘s Morgens kwam Martes schoonmoeder. Ze hadden elkaar inmiddels bijna een half jaar niet gezien en de twee vrouwen omhelsden elkaar hartelijk. “Fijn dat u er bent,” zei
Marte warm.
“En ik wil alles weten!” zei oma Tilburg, zoals iedereen haar noemde.
“Alles?”
“Ja, alles over Huib. Ik wil hem zelfs ontmoeten. Hij komt toch ook wel naar de uitvoering?”
Marte legde uit waarom Huib met opzet niet kwam. “Maar ik kan hem voor morgenavond vragen. Dan bent u er ook nog, toch?”
“Heb je hem dan nog niet uitgenodigd? Je snapt toch wel dat ik hem wil ontmoeten.”
Marte keek verlegen naar beneden. “Ik durfde hem niet aan u voor te stellen,” zei ze zacht,
“Rare meid,” zei oma Tilburg. “Ik vind het juist zo fijn voor je, maar ik wil hem wel graag even keuren.”
“Keuren?”
Oma lachte. “Ja, jij bent mijn liefste schoondochter, daar hoort een heel lieve man bij.”
Marte glimlachte. Ze had maar een schoondochter, logisch dat ze de liefste was. “Oké, ik bel hem.”
Maar daar kwam ze op dat moment niet aan toe. De achterdeur ging open en Martes ouders kwamen binnen. “We wilden oma uit Tilburg ook graag even begroeten. Het is zo lang geleden dat we haar gezien hebben.”
“Dan ga ik snel koffie bijzetten,” zei Marte en verdween de keuken in nadat ze de jassen van haar ouders in de gang had opgehangen. Wat leuk, dacht ze, dat haar schoonmoeder Huib wilde ontmoeten. Wat reageerde zij toch anders dan haar eigen moeder. Ze vulde het koffiezetapparaat, zette kopjes en koekjes klaar en schonk de kopjes vol nadat de koffie doorgelopen was. Ze nam het dienblad van het aanrecht. De deur was dichtgevallen. Met haar elleboog trok ze hem naar zich toe. Ze bleef doodstil staan. Ze hadden het over Huib!
“Dat jij zo enthousiast bent,” zei Martes moeder, “dat begrijp ik dus echt niet. Die man pikt straks wel jouw kleinkinderen in.”
“Wat een rare opmerking,” was de reactie van Martes schoonmoeder. “Voor mij verandert er niets, hoor. Ze blijven gewoon mijn kleinkinderen en ik blijf ze net zo vaak zien als nu. Veel te weinig, maar ja, dat komt door de afstand. Voor Marte vind ik het echter fantastisch. Ik ben al jaren alleen en dat is echt niet altijd even leuk. Elke dag kom ik in een leeg huis. Nooit is er ‘s avonds iemand aan wie ik van alles kan vertellen. Natuurlijk heb ik vriendinnen en zit ik op clubs, maar soms maakt dat het nog erger. Dan heb ik een leuke morgen of avond gehad, kom ik weer in een leeg huis. Dat gun ik niemand. Ik ben dus echt erg blij dat Marte iemand gevonden heeft en daar komt bij: voor de kinderen vind ik het ook heerlijk. Het is veel gezonder voor ze om op te groeien met een vrouw én een man in huis. Oké, het kan niet altijd, maar het is wel gezonder. Ik gun mijn kleinkinderen een man in huis. Een nieuwe vader. En ik ben er volkomen van overtuigd dat Marte een goede man kiest. Zo zit Marte in elkaar en daar vertrouw ik op. Ik snap dus echt niet dat jij zo tegendraads doet.”
Marte zuchtte. Haar ogen waren volgeschoten na de geweldige woorden van haar schoonmoeder, maar het werd tijd dat ze naar binnen ging. De koffie werd koud. Toch wilde ze zo heel graag de reactie van haar moeder nog horen. Die was namelijk nog steeds niet om.
“Ach,” hoorde ze haar moeders stem. “Je zult wel gelijk hebben, maar ik heb er moeite mee. Marte en haar kinderen zijn zo hecht sinds Ton er niet meer is. Ik ben bang dat dat kapot gaat.”
Marte fronste haar wenkbrauwen. Wat was dat voor een rare reden? Ze duwde de deur verder open en in de huiskamer viel een grote stilte. Ze zette de kopjes voor haar ouders neer, pakte het kopje van haar schoonmoeder en haarzelf op om opnieuw te vullen en ging even later bij hen zitten. “Ik zal het maar ronduit zeggen,” zei ze nu. “Eigenlijk wilde ik er nog even mee wachten, want we wilden het liever eerst aan de kinderen vertellen. Het gaat hen het meest van iedereen aan. Huib heeft me ten huwelijk gevraagd én hij heeft een schitterend huis gezien waar we ruimschoots met zijn allen in kunnen wonen.”
Martes moeder keek haar volkomen verbouwereerd aan.
Toen werd ze kwaad. “En dat wilde je niet vertellen?” riep ze uit. “Waar staat dat huis? Was je van plan uit ons leven te verdwijnen?”
“Hoe kan ik ooit uit uw leven verdwijnen, ma? Ik ben uw dochter en u bent mijn moeder. Het staat gewoon hier in de stad en inderdaad, ik wilde het nog niet zeggen, omdat we eerst met de kinderen wilden praten. We wilden hen vragen wat ze ervan vinden. Zij zijn het belangrijkste. Ik bedoel: hun wel en wee is het belangrijkste. Natuurlijk ben ik zelf ook belangrijk, maar zij komen op de eerste plaats. Het is alleen wel zo, dat het leven voor mij een stuk lichter wordt, als ik me gelukkig voel. Denk daar maar eens over na.” Marte pakte haar kopje en nam een slok van de koffie. De anderen volgden zwijgend haar voorbeeld. Oma Tilburg schudde haar hoofd. “Ik begrijp er niets van,” zei ze aarzelend. “Wat kan er nou op tegen zijn?”
“Ik weet het wel,” zei Marte opeens. “Ma is bang dat ze door een relatie voor mij niet meer op de eerste plaatst staat. Ze heeft me enorm opgevangen na Tons overlijden. Zonder haar had ik het ook niet gered.” Ze richtte zich tot haar moeder: “Daar heb ik u vaak genoeg voor bedankt, ma. Ik had u destijds echt heel hard nodig en ik zal u altijd nodig hebben, maar het wordt tijd dat ik weer helemaal op eigen benen ga staan en dat wilt u niet.”
Martes moeder zweeg, maar haar vader schraapte zijn keel.
“Ik ben wel erg blij voor je en ik ben vooral blij dat jullie gaan trouwen en niet samenwonen. Dat betekent dat hij het echt meent en dat doet me goed. Gefeliciteerd, meisje. Ik hoop dat je heel gelukkig wordt!”
§
De gymnastiekuitvoering werd een succes en gelukkig vergaten Meike en Carijn dat Huib er niet bij was. Ze vonden het geweldig dat er drie grootouders kwamen kijken. Dat was iets wat anders nooit voorkwam. De avond erop vertelden ze honderduit aan Huib, die moest beloven dat hij er de volgende keer wel bij zou zijn.
Oma Tilburg zat glimlachend toe te kijken hoe Huib met haar kleinkinderen omging en ze wist dat ze gelijk gehad had: Marte had een goede keus gemaakt. Aan hem vertrouwde ze haar kleinkinderen met liefde toe.
Toen de kinderen in bed lagen en de volwassenen met een kop koffie in de kamer zaten, zei Martes schoonmoeder glimlachend tegen Huib: “Ik kan zien dat je echt om ze geeft. Dat doet me goed. Als ik zie hoe enthousiast de meisjes tegen jou doen, word ik gewoon warm vanbinnen. Ik vond al die tijd al dat er een nieuwe man in hun leven moest komen, al heb ik dat nooit gezegd, want zoiets kun je niet dwingen. Marte moet er ook aan toe zijn. Maar nu het zover is, ben ik echt blij dat jij het geworden bent.”
Huib leek te kleuren door dit geweldige compliment. “Ik zal ook goed voor hen zorgen,” beloofde hij haar. “Dat zal niet moeilijk zijn, want ik houd echt van ze.”
“Alleen Luka…” zei oma aarzelend.
“Ja, met hem moeten we echt eens praten,” viel Marte in.
“En eigenlijk zo snel mogelijk. Toch wil ik zo graag eerst een weekend weg. Dan kan hij Huib op een andere manier zien. Misschien helpt dat. Het gekke is, dat hij Huib erg leuk vindt, maar tegelijk wil hij niets met hem te maken hebben. Althans dat gevoel heb ik.”
“Misschien is hij bang dat hij zijn echte vader gaat vergeten als hij een nieuwe krijgt,” zei oma.
Marte zuchtte zachtjes. “Ik hoop dat hij aan kan geven wat er is. Zodat we er wat aan kunnen doen. Als dat het is, wat u net zei, dan moeten we daar gewoon op letten. Ik was ook zeker van plan om Tons foto altijd in de huiskamer te laten staan. Misschien vindt Huib dat niet prettig,” ze wierp hem een snelle blik toe, “maar Ton is de echte vader van de kinderen. Hij zal altijd bij hen horen.”
Martes schoonmoeder keek haar warm aan. Haar ogen leken vochtig geworden. “Wat een lief gebaar, meisje. Daar maak je me echt blij mee.” Ze zuchtte zacht. “Ik mis hem nog zo. Ik weet dat jij verder moet en dat wil ik ook. Je bent te jong om alleen te zijn. Maar dit doet me goed.” Ze lachte.
“Nu je moeder nog. Volgens mij is ze jaloers op Huib. Dat hij straks meer over jou weet dan zij. Ik denk wel dat je gelijk hebt, dat ze bang is om niet meer op de eerste plaats te staan. Nu vertel je je nieuwtjes natuurlijk het eerst aan haar. Straks aan Huib. Maar ze heeft echt ongelijk. Het is juist geweldig dat je iemand naast je hebt staan in het leven.”
“Ma draait wel bij,” zei Marte. “Als ze ziet hoe gelukkig we als gezinnetje zijn, zal ze wel moeten toegeven dat het een goede beslissing was.”
Huib parkeerde de auto bij Marte voor de deur. Meike en Carijn renden gillend naar buiten. Feiko kwam er net zo opgetogen achteraan al wist hij niet wat er ging gebeuren.
Luka stond wat stil in de kamer voor het raam naar zijn zusjes te kijken. Hij zag hoe ze Huib begroetten en hoe die ze lachend optilde en even knuffelde. Hij wilde niets liever dan ook zo door Huib begroet te worden, maar hij kon er niet aan toegeven. Natuurlijk was het geweldig dat ze straks naar de Efteling gingen. Hij had er zo veel over gehoord. En al zei zijn moeder dat hij er vroeger al eens geweest was toen zijn vader nog leefde, hij wist er niets meer van. Hij was benieuwd hoe het eruitzag en wat voor attracties er allemaal waren.
Hij schrok van zijn mobieltje dat onverwachts geluid maakte. Hij wist dat het van een SMS-je was, maar wie stuurde hem nu zomaar een bericht? Nieuwsgierig keek hij ernaar en hij zag dat het van Laura kwam. Veel plezier en goede reis! stond er. Hij werd rood van blijdschap. Wat lief van haar! Snel toetste hij een berichtje terug. Dank je en jij ook, hoor. Hij wist dat zij in de meivakantie een paar dagen bij haar opa en oma ging logeren die vlak bij zee woonden. Dat deed ze meestal, had ze hem laatst verteld toen ze opnieuw bij zijn moeder was geweest met de vraag of ze een bloesje wilde naaien. Ondanks dat Cindy haar had uitgelachen, had ze toch een nieuw lapje stof gekocht. Met juf Els voor de klas durfde ook Laura veel meer. Glimlachend borg hij zijn mobiele telefoon weer op. Al was het een klein berichtje, hij koesterde en bewaarde het.
“Kom je, Luka?” Marte riep vanuit de deuropening. Haar wangen waren rood en haar ogen straalden. Luka vond het heerlijk haar zo te zien, maar soms deed het hem pijn als hij eraan dacht dat het door Huib kwam. Waarom was hij toch in hun leven gekomen? Voor die tijd hadden ze het toch goed samen? Hij verstoorde alles. Tegelijk vond hij hem zo lief en was hij zo blij geweest dat hij die ene keer op het voetbalveld stond.
Hij zag ook wel hoe blij Meike, Carijn en Feiko met hem waren, maar het kon niet, het mocht niet!
§
Het was een dik uur rijden naar de Efteling en Luka had het af en toe flink benauwd met zijn zussen en broertje samen op de achterbank. Gelukkig stopte Huib onderweg een keer en mochten ze even uitstappen. Marte had drinken en een krentenbol meegenomen voor hen, maar de meisjes hadden daar nauwelijks tijd voor. Die wilden maar een ding: doorrijden.
“Maar we gaan morgen pas naar de Efteling,” zei Marte.
“Vanavond gaan we alleen maar naar ons huisje.”
Dat was ook zoiets. Ze zouden naar een bungalowpark gaan, waar ze een huisje gehuurd hadden voor twee nachten. Met een open haard, had mamma verteld en midden in het bos.
Misschien zagen ze wel eekhoorntjes! Het was allemaal zo spannend en zo opwindend, toch kon hij maar niet vrolijk worden. Feiko trapte hem. Luka wist dat het per ongeluk ging, omdat de kleine jongen klem zat, maar hij werd er toch boos om. “Kun je niet uitkijken!”
Feiko begon meteen te huilen en Luka schaamde zich.
“Stil maar, het is al goed.” Hij sloeg beschermend zijn armen om zijn broertje heen en zo reden ze door tot ze bij het huisje waren.
De hele tijd werd hij heen en weer geslingerd tussen blijdschap en verdriet. Vanaf het moment dat ze aankwamen tot zondagmiddag. Hij genoot net als zijn zusjes en broertje van het grote zwembad bij het bungalowpark. De Eftel ing was echt helemaal te gek. En wat had hij moeten lachen om Feiko die zijn ogen uitkeek naar de kabouters die riepen: “Kleine boodschap!” en met hun duim in de richting van de toiletten wezen. De achtbaan was spannend en eng geweest, maar hij was er drie keer ingegaan. Roodkapje en de fakir en Doornroosje – het was allemaal prachtig geweest en hij genoot volop, tot hij Huib zag en vooral de blik in diens ogen, want hij zag dat Huib begreep dat hij verdriet had.
Dan sloeg zijn stemming om van vreugde naar verdriet. Hij kon het niet verklaren, maar hij voelde zich diep ellendig, hij had pijn, maar waarom? Hoe kwam het dat Huib hem dat gevoel steeds gaf?
De meiden leken nergens last van te hebben. Die gilden het voortdurend uit van plezier. Ook zijn moeder en Feiko hadden steeds plezier. Alleen Huib kon soms stil en ernstig kijken. Luka wist dat het door hem kwam. Dat maakte het extra moeilijk, want dan wilde Luka naar hem toe rennen en bij hem huilen, maar dat kon dus juist niet, omdat hij Huib was.
§
Op zondagmorgen gingen ze nog een keer naar het zwembad. Meike en Carijn gleden gillend van de grote glijbaan af. Huib ving hen onderaan op. Marte ging samen met Feiko van de glijbaan en ook hen ving hij op. Luka zat op het randje van het zwembad toe te kijken. Zijn benen zwaaiden heen en weer, zijn gezicht stond ernstig.
Marte klauterde het bad uit, bracht Feiko naar het kinderbadje en ging naast Luka op de rand zitten. “Wat is er toch, jongen? Vind je het hier niet leuk?”
Hij knikte. “Jawel, het is hier prachtig!”
“Waarom kijk je dan zo verdrietig?”
Hij haalde zijn schouders op. Het speet hem dat ze het aan hem gezien had, want hij wilde het haar niet vertellen, hij wilde haar niet ook verdrietig maken. “Er is niets,” zei hij dapper. Hij kwam overeind. “Ik ga ook van die hoge glijbaan af.” Hij stond op en rende weg, klom omhoog, maar zag niet dat Huib hem in de gaten hield en onderaan de glijbaan stond. Toen hij in het water plonsde en kopje-onder ging, voelde hij sterke armen die hem opvingen en omhoogtrokken, boven het water uit. Twee vrolijke ogen keken hem lachend aan. Luka kon niet anders dan teruglachen naar Huib.
“Nog een keer,” zei Huib.
Luka klauterde het zwembad uit en haastte zich naar boven.
De glijbaan ging echt geweldig! Maar opeens realiseerde hij zich dat Huib onderaan stond en voelde hij zich weer verdrietig. Zo was het het hele weekend al gegaan! Hij stampte op de trap en draaide zich om. Hij zou niet naar beneden glijden. Onder aan de trap botste hij tegen Meike op. “Leuk is het hier, hè?”
Hij knikte en probeerde zo overtuigend mogelijk te lachen.
“Weet wat je wat ik wil?” zei ze lachend.
“Nou?”
“Ik wil dat Huib onze pappa wordt.”
Luka zweeg. Hij wist helemaal niets terug te zeggen. Keek haar alleen perplex aan.
“Hé, hoor je me niet?” riep Meike, maar Luka wilde het niet horen. Hij liep het zwembad uit.
“Mamma, mamma, Luka loopt weg. Hij is boos.”
“Waarom? Wat is er gebeurd?”
“Ik zei dat ik wil dat Huib onze pappa wordt en toen liep hij weg.”
Marte viel stil. Met grote, ernstige ogen keek ze naar Huib die juist op haar afkwam met Carijn aan de hand.
“Ik moet naar Luka,” zei ze.
“Goed, ik hou ze hier wel in de gaten.”
Maar toen Marte hem vond, rillend in een stoel voor hun huisje met alleen zijn zwembroek aan, wilde hij niet met haar praten.
“Maar je moet met me praten,” zei ze. “Ik wil weten wat er is. Je bent mijn zoon en als je verdriet hebt of boos bent, wil ik dat weten.”
Hij schudde zijn hoofd en fluisterde: “Ik kan het niet zeggen, mamma.” Ik kan je geen verdriet doen, dacht hij er in stilte achteraan.
“Heeft het met Huib te maken?” vroeg ze toch nog, maar hij schudde zijn hoofd. “Huib is een toffe man!” En dat meende hij werkelijk.