Vrijdag 17 augustus

‘s-Morgens vroeg.

Van de muntjes die ik sinds het begin van de week op de grond heb gevonden, kon ik mezelf trakteren op een warme chocolademelk uit de automaat; voor de hond kocht ik een croissant.

Alles ging dus prima.

Ik had Solange geen gedag moeten gaan zeggen toen ze haar rolluik kwam opendoen. Zojuist vertelde ze me dat niemand van het keukenpersoneel Servo-Kroatisch spreekt.

Ik voelde hoe mijn hele gezicht gloeide en ik maakte me uit de voeten.

Het was maar een grapje, Solange. Ik zei ‘Servo-Kroatisch’ om er een echte buitenlander van te maken, een buitenlander van ver weg, een echte. Er werken wel twee Vietnamezen en een Arabier in de keuken, maar dat had je nooit geloofd.