1. Vooraf
Bijna alle Nederlanders en Vlamingen hebben toegang tot Internet en zijn in het bezit van een mobiele telefoon, waarmee je steeds meer kan.
Over de teksten
In dit hoofdstuk staan twee krantenartikelen uit de Nederlandse kranten Trouw en NRC Handelsblad en één gedicht. Alle teksten behandelen de omgang met moderne communicatiemiddelen.
Woordenschat
zich ergeren aan (ww.) |
to get annoyed at Ik kan me echt blauw ergeren aan vuilnis op straat. Er staan toch overal vuilnisbakken! |
2. Teksten, woordenschat en vragen
Tekst 1 | Infobesitas is nieuwe ziekte |
Angst om er niet bij te horen, om iets te missen van de grote hoeveelheid informatie, maakt jongeren ziek.
Geen zwaarlijvigheid, obesitas, maar informatieovervloed, infobesitas. Het is de nieuwe ziekte. Ook dé nieuwe trend, vooral onder jongeren. Met als klacht: vermoeidheid, slaaptekort, concentratieproblemen. Met als verrassende diagnose: de angst om iets te missen en er niet bij te horen.
Met de komst van de nieuwe media wordt er op de jongeren een tsunami van informatie afgevuurd. Jongeren zoeken deze informatieovervloed zelf heel actief op, getuige het aantal accounts op Hyves (9,5 miljoen accounts eind vorig jaar), Facebook en andere netwerksites, de tijd die ze doorbrengen op Internet en sociale netwerken, de hoeveelheid sms’jes die ze sturen, soms 75 per dag, de manier waarop ze naar nieuws zoeken op Internet en hoe Internet is ingebed in hun dagelijks leven.
Daarbij komt de revolutie van draadloos mobiel Internet (WIFI) op hun smartphone, waardoor deze WIFI-jongeren niet alleen altijd, maar ook overal continu in de verleiding komen. Het onvolgroeide puberbrein is gevoelig voor stimuli en feedback. De mediaconsumptie krijgt net als bij gamen verslavende kenmerken. Het continu bereikbaar zijn en continu alles willen volgen, in volledige privacy, buiten het blikveld van docenten en ouders en toezicht van volwassenen, heeft een keerzijde. Het kan doorslaan naar informatiestress. De klachten zijn vermoeidheid, slaaptekort en het probleem dat jongeren continu hun aandacht moeten verdelen, wat ze uit hun concentratie haalt.
Yvonne van Sark van een bureau voor jongerencommunicatie, heeft er een naam voor: infobesitas. De term komt van de 23-jarige Rosa-Maria Koolhoven. Zij zit in een trendteam dat op zoek gaat naar jongerentrends. Het bureau zette infobesitas met stip op één als dé jongerentrend van 2010. Koolhoven stelde bij zichzelf vast dat ze een aardige informatiejunk aan het worden is. Via blogs, twitter en Facebook wil ze constant op de hoogte blijven van wat er gebeurt. Koolhoven pikte de term op van een Amerikaanse blogger. ‘Is het verveling, vroeg ze zich af. Nee, ze heeft genoeg te doen. Is het oprechte interesse? Nee, ook niet. Het is haar angst om dingen mis te lopen, maar ook vooral een dwangmatige verslaving. Ze vond het een probleem worden.’
Van Sark denkt dat deze angst te maken heeft met peer pressure: bang om iets te missen wat zich afspeelt onder jouw vrienden. Infobesitas heeft volgens haar invloed op hoe je je voelt. ‘Er verschijnen onderzoeken die vaststellen dat iemand zijn adem inhoudt als hij zijn mail binnenhaalt. Het heeft dus invloed op je ademhaling, je geestelijk en lichamelijk welbevinden.’ Mediagebruik en mobiel Internet krijgen nog te weinig aandacht in de opvoe-ding. ‘Voor ouders is het nieuw en onbekend. Bijna één op de vier kinderen krijgt van ouders tussen hun zesde en achtste jaar hun eerste mobieltje. Hippe ouders sturen soms een sms’je naar boven met de mededeling dat het eten klaar is. Maar ze klagen ook dat er minder tijd overblijft om met elkaar te praten. En dat hun kinderen snel zijn afgeleid, dwangmatig worden en moeite hebben om zich te concentreren en het huiswerk af te krijgen.’
Vragen bij tekst 1
Tekst 2 | Multitasken, multistressen |
Het staat dynamisch: de hele dag mailen, sms’en, mobiel bellen, Skypen, msn’en. Maar wat levert het op? Uit onderzoek blijkt: weinig.
Eindelijk weekend. Een vijftig uur durende werkweek is achter de rug. Elke dag zo’n zestig mailtjes beantwoord en er zelf dertig gestuurd; PowerPointpresentaties gemaakt; stukken gelezen; gepraat met collega’s die in- en uitlopen; dat ellendige hoofdstuk voor het jaarverslag eindelijk afgemaakt; intussen eindeloos de mobiel aan het oor gehad; gemiddeld drie vergaderingen per dag afgelopen; en in de trein, heen en terug, de laptop met internet-dongle op schoot gehad. – Wij Zijn Ambitieus En Werken Hard.
En toch, er knaagt iets. Waarom eindigt elke werkdag toch steeds met een dof en somber gevoel? Thuis, uitgeblust op de bank. Krant? Boek? Een goed gesprek? Pfff – even niet. Rust. O nee, toch nog even de laatste e-mails wegwerken en een paar sms’jes beantwoorden. Het heet multitasken. Het klinkt dynamisch. Maar productief is het niet. En eindelijk is dat bewezen.
Wetenschappers van de Universiteit van Stanford waren verrast door de uitkomst van hun onderzoek. Ze hadden verwacht op z’n minst wel enkele voordelen van multitasken te vinden. Maar nee. Door al die nieuwe informatiestromen die – permanent en dwars door elkaar – op ons afkomen, zijn we sneller afgeleid en minder productief. Meldingen van steeds maar nieuwe e-mail en telkens opduikende chatschermpjes blijken funest voor onze concentratie. We krijgen minder gedaan, en als we dan eindelijk eens een grote klus klaren, is het geleverde werk van mindere kwaliteit.
Honderd proefpersonen namen deel aan het onderzoek van Stanford. De helft van de groep bestond uit hardcore multitaskers, de andere helft uit mensen die niet voortdurend langs allerlei wegen communiceerden. De eerste groep vond dat ze prima in staat waren in hoog tempo informatie te verwerken en dat ze beter zouden scoren dan de andere groep met proefpersonen die op een werkdag maar één of twee informatiestromen te verwerken kreeg.
Na enkele proeven bleek dat de zware multitaskers er volledig naast zaten. Door al dat gemultitask hadden ze concentratieproblemen en waren ze slecht in staat hun aandacht te verdelen over de verschillende bronnen van informatie. Sterker nog: hoe beter een proefpersoon dacht in multitasken te zijn, des te slechter hij presteerde. Het is de paradox van multitasken: mensen die het weinig doen, zijn er het beste in. Daarom is het vreemd dat bedrijven van werknemers verlangen dat zij constant bereikbaar zijn via Skype en e-mail. Dat is schadelijk voor hun productiviteit, en dus voor die van het hele bedrijf. Toch lijkt multitasken niet meer uit het kantoorleven weg te denken.
Schrijver Jim Stolze bevestigt in zijn boek Hoe overleef ik mijn inbox? dat multitasken schadelijk kan zijn. Hij haalt een onderzoek aan waaruit blijkt dat werknemers die voortdurend switchen tussen e-mailen, telefoneren en web-lezen dezelfde symptomen van burn-out vertonen als luchtverkeersleiders op een drukke luchthaven. Een bedrijf waarin werknemers van elkaar verlangen dat zij voortdurend en direct reageren op meerdere informatiestromen tegelijk loopt het risico velen van hen te verliezen door overspannenheid. Daarom is het goed af en toe op die ouderwetse manier te werken. In een stille ruimte. Zonder tientallen elektronische meldingen. Geconcentreerd. En als de grote klussen dan afgerond zijn, kan je naar hartenlust multitasken. Of ontspannen.
Woordenschat bij tekst 2
achter de rug (vaste verb.) |
here: behind you (in time) Economen zeggen dat het ergste van de economische recessie achter de rug is, maar dat zeiden ze vorig jaar ook. |
ellendig |
miserable Hij vindt Parijs een ellendige stad: volgens hem stinkt het er en spreekt er niemand Engels. |
jaarverslag (het, -en) |
annual report Op de website jaarverslag.com vind je veel jaarverslagen van Nederlandse en buitenlandse bedrijven. |
aflopen (ww., onr.) |
here: to go around (places) Ik heb alle tuincentra afgelopen op zoek naar die speciale roos waarover ik had gelezen. |
schoot (de, schoten) |
lap Het kind zat bij haar moeder op schoot een flesje te drinken. |
knagen (ww.) |
to gnaw, to eat away at Sinds hij dat geld van zijn moeder heeft gestolen, knaagt zijn geweten. Hij ligt er ’s nachts wakker van. |
dof |
dull, listless Mensen die depressief zijn voelen zich vaak dof en leeg. |
uitgeblust |
exhausted Aan het eind van de week ben ik meestal compleet uitgeblust; ik plof dan op de bank en kom daar niet meer af! |
not linear, messy, crossing each other De kinderen stonden nooit netjes in de rij en liepen altijd dwars door elkaar de klas in en uit. |
|
afkomen op (ww., onr.) |
to face, to confront, to beset Sommige mensen die veel leningen aangaan, zien vaak niet de enorme kosten die op hen afkomen. |
opduiken (ww., onr.) |
to show up, to appear Kijk eens wie daar opduikt! Ik had niet verwacht dat Harrie zou komen! |
funest |
disastrous Stress is funest voor de gezondheid. |
klus (de, -sen) |
job, task Paul verdient zijn geld door klusjes voor oude mensen op te knappen. |
klaren (ww.) |
to complete, to accomplish (a task) Doordat er veel mensen zijn ontslagen, moet dezelfde hoeveelheid werk nu met minder mensen worden geklaard. |
proefpersoon (de, -personen) |
guinea pig, experimental subject Als proefpersoon kun je gemakkelijk geld verdienen, maar je loopt wel risico omdat er nieuwe medicijnen op je worden getest. |
in staat zijn (vaste verb.) |
to be able to Oma is niet meer in staat om voor zichzelf te zorgen. Ze kan beter in een bejaardentehuis gaan wonen. |
verwerken (ww.) |
to process De dood van een ouder is voor veel mensen moeilijk te verwerken. |
ernaast zitten (vaste verb.) |
to be wrong Toen hij zei dat de economische crisis maar korte tijd zou duren, zat hij er goed naast. |
des te |
all the, so much the (always followed by a comparative) Dit geldt des te meer voor vrouwen, die proportioneel meer werk en geld verloren hebben door de crisis, dan mannen. |
bevestigen (ww.) |
to confirm De minister-president bevestigde dat hij over een maand zal aftreden. |
schadelijk |
harmful Roken is schadelijk voor de gezondheid. |
vertonen (ww.) |
to show Hij vertoont alle symptomen van griep: vermoeidheid, koorts en een zware verkoudheid. |
constantly Nederlanders lopen voortdurend te zaniken over het weer, terwijl het eigenlijk helemaal zo slecht niet is. |
|
overspannenheid (de, -heden) |
nervous exhaustion Volgens Wikipedia ontstaat overspannenheid als iemand lange tijd gestrest is en niet meer tot rust kan komen. |
ouderwets |
old-fashioned Veel ouders geven hun kinderen tegenwoordig weer ouderwetse namen, zoals Fien, Guusje en Gijs. |
naar hartenlust (vaste verb.) |
to your heart’s content In die prachtige omgeving kun je naar hartenlust wandelen. |
Vragen bij tekst 2
Tekst 3 | Infobesitas |
ik schrok, ik slurp |
|
kakelende krantenkoppen |
|
ik vermaal en vreet |
|
een melig maaltje mail, |
|
5 |
een grateloze filet van feeds |
ik kluif en knabbel |
|
door stoffige stukken |
|
en tussendoor |
|
krabbel, telefoon, sms |
|
gekakel bij de koffieautomaat |
|
geprakte praatjes |
|
een gerecht van geruchten |
|
nog meer zouteloos gezanik |
|
in reutelende rapporten |
|
15 |
ik resumeer, en meer |
even snoepen, echt maar even |
|
de tube you, die raakt nooit leeg |
|
onderweg |
|
ratelt de radio |
|
20 |
reportages, meningen, |
files en weer |
|
ik zak in de bank |
|
zap van Sacha naar Matthijs |
|
van talkshow naar TED |
|
25 |
tot ik |
met een oortje naar het oog |
|
– Gute Nacht Freunde – |
|
wegdoezel onder een |
|
deken van dolende woorden |
Woordenschat bij tekst 3
schrokken (ww.) |
to gorge De jongen had zo’n haast dat hij zijn eten snel naar binnen schrokte. |
kakelen (ww.) |
to chatter, to blab De kinderen zaten vrolijk in de kantine te kakelen over de laatste aflevering van die tienersoap. |
vermalen (ww.) |
1. to grind De boeren brengen het koren naar de molen om het tot meel te laten vermalen. Daarna kan de bakker er een brood van bakken. |
2. to chew (food) Mensen vermalen het voedsel dat ze eten met hun tanden en kiezen. |
|
vreten (ww., onr.) |
to eat, to scoff Mijn schoonvader zit altijd als een boer te vreten. Ik begrijp niet waarom niemand er wat van zegt, ik erger me dood! |
bland Bah! Die peer is oud en melig, en ik had me zo op een sappig en zoet stuk fruit verheugd. |
|
maal (het, malen) |
meal In dat hotel aan de Italiaanse kust kun je van een heerlijk maal met verse zeevruchten genieten. |
grateloos |
1. without (fish) bones (the word is normally: graatloos) Deze zalmfilet is niet grateloos, zoals de verkoper beloofd had. |
2. for free (trendy word, mainly used on the Internet, derived from ‘gratis’) Linux is helemaal grateloos te downloaden van het Internet. |
|
kluiven (ww., onr.) |
to gnaw (when eating) Kluiven betekent eigenlijk: de eetbare delen van iets afhalen, zoals een hond kluift aan een bot. |
knabbelen (ww.) |
to nibble Het konijn knabbelde aan een worteltje terwijl de eigenares op een chocoladereep zat te knabbelen. |
krabbel (de, -s) |
1. autograph ‘Wilt u onder het contract even uw krabbel zetten?’ |
2. ‘wall post’ on Hyves (the Dutch equivalent of Facebook) Het is altijd leuk om te zien hoeveel krabbels je hebt gekregen als je even niet op Hyves bent geweest. |
|
prakken (ww.) |
to mash Nederlanders prakken soms hun aardappelen met jus, een gewoonte die buitenlanders vaak ongemanierd vinden. |
gerecht (het, -en) |
1. dish We hebben in dat dure restaurant drie gerechten gegeten: een voorgerecht, hoofdgerecht en nagerecht. |
2. court of law De verdachte moest voor het gerecht komen waar de rechter zou beslissen of hij schuldig was of niet. |
|
gerucht (het, -en) |
rumour Het gerucht doet de ronde dat Koning Albert II van België een affaire zou gehad hebben met een getrouwde vrouw. |
gezanik (het, g. mv.) |
nagging, moaning Ik heb genoeg van al dat typisch Nederlandse gezanik over het weer. |
reutelen (ww.) |
to rattle, to rasp Nederlanders reutelen voortdurend over het weer. De doodzieke man lag in zijn bed te reutelen. |
to clatter Toen de wekker ratelde, stond hij op. Zij praat graag: ze ratelt de hele dag tegen alles en iedereen. |
|
wegdoezelen (ww.) |
to fall into a light sleep Het is geen probleem als je even wegdoezelt in de bus of de trein. Deze nieuwe app wekt je als je op je bestemming aankomt. |
dolen (ww.) |
to wander, to roam Midden in de nacht doolde de slaapwandelaar door het huis. |
Vragen bij tekst 3
3. Woordenschatoefeningen
zwaarlijvig/somber/dwangmatig/verslavend/ellendig/dof/dwars/schadelijk/funest/ ouderwets/uitgeblust
Kinderen met overgewicht, . . . (1) kinderen dus, zijn vaak . . . (2) omdat ze meer kans lopen uitgesloten te worden op school. Dat kan erg . . . (3) zijn voor hun geestelijke gezondheid en is . . . (4) voor hun zelfvertrouwen.
Mensen die . . . (5) gedrag vertonen, zoals voortdurend de handen wassen of altijd alle deuren sluiten, houden van controle en zullen niet goed functioneren in een chaotische omgeving, waar ze zich vermoedelijk . . . (6) zouden voelen door het gebrek aan structuur.
Werknemers die niets willen weten van nieuwe media worden door hun jongere collega’s beschouwd als . . . (7), of . . . (8) omdat ze geen zin meer hebben om nieuwe dingen te leren.
in de verleiding/achter de rug/op z’n minst/een overvloed aan/op de hoogte/naar hartenlust/met stip/door elkaar
Nu de verkiezingen . . . (9) zijn, hebben journalisten weer wat meer tijd om zich . . . (10) te verdiepen in het leven van celebrities en ons te overspoelen met . . . (11) informatie over wie nu wel of niet . . . (12) bovenaan de A-lijst staat. In die drang ons . . . (13) te houden van al die nutteloze informatie, gebeurt het dat ze . . . (14) komen om geruchten te verspreiden waar in werkelijkheid weinig van klopt.
Voorbeeld
spelen |
spelend: de spelende kinderen |
gespeeld: het gespeelde spel |
Werkwoorden kunnen ook tot substantief omgevormd worden zoals in het voorbeeld hieronder.
Voorbeeld
spelen |
het spel |
infinitief |
participium perfectum |
participium presens |
substantief |
spelen |
gespeeld |
spelend |
(het) spel |
Voorbeeld
Spelen |
De sputterende spelende sporters sparen voor een speciale spiegel. |
martelaar – vervalser – bedrog – omvang – levenswandel
Van die (1) . . . circuleerden meer dan honderd schilderijen en bovendien had hij een extravagante (2) . . . : hij ging duur gekleed, woonde in een prachtige villa en ging elke avond uitgebreid dineren op kosten van een ander. Dat was verdacht. Toch heeft het jaren geduurd voor de (3) . . . van zijn (4) . . . bekend werd. Toen hij dan eindelijk gearresteerd werd, gedroeg hij zich als een (5). . . . Wat een idioot!
tilt – maling – nek – laan – hand
Hoewel de bovenstaande teksten wijzen op mogelijk negatieve gevolgen van overmatig computergebruik, zijn de voordelen en mogelijkheden uiteraard legio. Dagelijks komen er nieuwe applicaties op de markt die ons leven nog gemakkelijker moeten maken. Het is bijna ondenkbaar geworden om door het leven te gaan zonder meerdere elektronische toestellen op zak.
1. Pitch een uitvinding
Houd een zogenaamde pitch van 1,5 minuut. Een pitch is een superkorte spreekbeurt waarin je een idee of een project aan anderen presenteert. Kies één van onderstaande ideeën of verzin er zelf een. Bereid je spreektijd goed voor, denk aan een pakkend begin en vooral een duidelijk slot. Besteed aandacht aan de positieve effecten van je plan, en de uitvoerbaarheid.
Na afloop van de pitch mogen je medestudenten vragen stellen. Stem op het einde van de oefening voor de beste pitch en het beste idee.
Je hebt een idee ontwikkeld voor een:
–apparaat waarmee mobiele telefoons van anderen op afstand uit kunnen worden gezet;
–applicatie voor mobiele telefoons die via gps (global positioning system) vaststelt of de bezitter zich dagelijks wel voldoende in de buitenlucht bevindt;
–programma waarmee je computer acht uur lang onmogelijk op het Internet kan;
–. . . (zelf verzinnen).
2. Houd een presentatie over veiligheid op het Internet
Je werkt voor een voorlichtingsdienst van de overheid en je gaat een korte presentatie houden voor ouders op een middelbare school, over de veiligheid van tieners op het Internet. Dit kan je ook in paren doen. Bouw een heldere structuur op en denk aan een aantrekkelijke introductie en goede argumenten. Sta ook stil bij een gepaste stijl en het register dat je zal hanteren. De presentaties duren niet langer dan 10 minuten en je maakt gebruik van een PowerPointpresentatie.
3. Brainstorm over efficient werken
Je brainstormt met collega’s op een kantoor over hoe je efficiënter met je tijd kan omgaan en productiever kan zijn met behulp van (of ondanks) allerlei internetapplicaties, inclusief sociale media. Stel een top-tien op van de bruikbaarste tips en presenteer die beknopt en aantrekkelijk op een poster.
Woordenschat
legio |
legion, multitude De redenen om meer middelen te geven aan scholen zijn legio; als we gaan besparen op het onderwijs komt de toekomst in gevaar. |
beknopt |
concise Zou je me een beknopte samenvatting kunnen geven van wat er op die vergadering gezegd is? Dat zou handig zijn. |
5. Internetresearch
6. Verder surfen en lezen
–http://www.nownederland.nl/facts/: op deze website vind je meer feiten en cijfers over internetgebruik en -groei in Nederland.
–http://www.netwerk.tv/search/nw/infobesitas/: op de site van het Nederlandse televisieprogramma Netwerk, een actualiteitenprogramma, kan je een documentaire bekijken over infobesitas, en ook verder lezen wat andere mensen ervan vinden.
–http://www.woordvanvandaag.nl: naast het ‘woord van het jaar’ heb je ook websites met een ‘woord van de dag’, zoals deze website. Zij richt zich vooral op sprekers van het Engels die Nederlands aan het leren zijn. Je kan je email opgeven en elke dag een woord in je inbox ontvangen.
Sources
Text 1: based on René van Trigt, ‘Infobesitas is nieuwe ziekte’, in: Trouw, 22 February 2010.
Text 2: based on Ernst Jan Pfauth, ‘Multitasken, multistressen’, in: NRC Handelsblad, 24 October 2009.
Text 3: Jan Barsekok, ‘Infobesitas’, in: Erno Mijland, Alles kan altijd beter, 25 January 2008, online, http://www.ernomijland.com/labels/gedicht.html.