Het politieraadsel

'Wat voor verschrikkelijke dingen zijn er in Londen in uw afwezigheid gebeurd?'

Alan fronste zijn wenkbrauwen; hij verwachtte geen telegram.

Hij scheurde de envelop open en las: 'Zeer dringend. Kom dadelijk naar Scotland Yard. Moet morgen in uw divisie in dienst treden. Australische politie bericht dat de Onvindbare Sydney vier maanden geleden heeft verlaten. Men veronderstelt dat hij op het ogenblik in Londen is.'

De ondertekening was: 'Walford'.

Alan keek van het telegram naar de bloeiende oude tuin en naar het angstige, naar hem opgeheven gezichtje van Mary.

'Is er iets niet in orde?' vroeg ze.

Hij schudde langzaam het hoofd. De Onvindbare was in Engeland! Al zijn zenuwen spanden zich. Henry Arthur Milton, de Onvindbare, de man die nooit faalde zich op zijn vijanden te wreken, de man zonder vrees. Alan Wembury's gedachten gingen terug naar het kantoor van Scotland Yard, naar Gwenda Milton die een eind aan haar leven gemaakt had. Had Maurice Meister haar daartoe gedreven? Wee Maurice Meister als het waar was!