Kus

Ik word wakker in het ziekenhuis. In de kamer zit een onbekende jongen die mijn vriendje blijkt te zijn. Naast hem staan mijn oom en mijn draak van een stiefmoeder. Ze geven me de schuld van een auto-ongeluk waarbij mijn broer een ernstige hersenbeschadiging heeft opgelopen en ikzelf bijna ben omgekomen. Maar ik weet van niets. Er ontbreekt een halfjaar uit mijn geheugen.
Door mijn hoofd spookt maar één gedachte: 'Dit kan niet waar zijn.'
De medicijnen die ze me geven, maken me angstig en verward. Wie kan ik vertrouwen? Voor wie moet ik op mijn hoede zijn? Stukje bij beetje komt mijn herinnering terug. Maar een kus zal nooit meer hetzelfde zijn. Ik denk dat ik gek wordt.
EN VEEL ERGER, IK DENK DAT ZE ME WILLEN VERMOORDEN.