Log In
Or create an account ->
Imperial Library
Home
About
News
Upload
Forum
Help
Login/SignUp
Index
De gedichten van den Schoolmeester
Epische Poëzy.
Proeve van dichterlijke vlucht. Fragment van een uitgebreider dichtstuk, getiteld Apollo).
De schipbreuk.
De boterham en de goudzoeker. Een verhaal in den geest des tijds.
Sic transit.
Dramatische Poëzy.
De koffij-veiling. (Tooneelspel in vijf bedrijven, waarvan het eerste het vermakelijk nastuk behelst.)
Proloog, Te reciteeren door een acteur met één oog.
Eerste bedrijf.
Eerste tooneel.
Tweede tooneel. (Het tooneel verbeeldt een fourgon.)
Tweede bedrijf.
Eerste tooneel.
Tweede tooneel.
Altijd in de contramine.
Korte inhoud.
Eerste bedrijf.
Eerste tooneel.
Didaktische Poëzy.
Kort begrip der Romeinsche historie.
Natuurlijke historie voor de jeugd.
Inleiding.
De leeuw.
De olifant.
Het paard.
De ezel.
De ruiter.
De koei.
Het kalf.
Het speenvarken.
De hond.
De kat.
De aap.
De vogels.
De haan.
De nachtegaal.
De visch.
De slang.
Eieren.
Eerste les in de geographie.
Bespiegelingen.
Proeve van dichterlijke waarnemingen.
De morgenstond. Eenvoudig geschetst, voor de jeugd, door hun grootvader.
De avondstond.
De terugkomst van den zomer.
Waterteug Voor den armen broeder.
Brieven.
Eerste brief van Mina.
Tweede brief van Mina.
Eerste brief van den Schoolmeester. Aan een vriend.
Tweede brief van den Schoolmeester. Aan een beer.
Derde brief van den Schoolmeester. Aan...... Londen, 17 October 1834.
Vierde brief van den Schoolmeester. Fragment uit een brief over de hitte in maart.
Vijfde brief van den Schoolmeester. (Fragment.)
Zesde brief van den Schoolmeester.
Fabels en Vertellingen.
De leeuw en de rat. Een Fabel.
De fatsoenlijke keeshond. Een Fabel.
De kaasmaker. Een Fabel.
De wolf en het lam. Een Fabel. (La Fontaine nagevolgd.)
De vlooi, de makelaar en de reus. Een Fabel.
De mop en de kees. Een Fabel.
De hond. Een Fabel.
Lyrische Poëzy.
Barend de schutter, krijgsromance uit den ouden tijd, verhaald door een vader aan zijn zoon Jasper.
De Profundis.
Voorheen en thands.
Uitboezeming Toen mijne oudste zuigelingen begonnen te loopen.
Aan de poëzy. (Fragment.)
Mengelpoëzy.
Afgeluisterde tweespraak, of dialoog, tusschen twee beroemde honden.
De dankbare zoon.
Vélocipède.
Staaltjens van ydelheid.
Baanvegers-lied.
Het dak.
Op het ontvangen van nieuwen haring.
Advertentie van den Schoolmeester.
Toast aan Holland, ter eer van vijf Hollanders, die, aan mijne tafel gezeten, alle vier in dezelfde wieg en bakermat waren gewonnen en geboren.
's Levens schouwtooneel.
De vriendschap. Een toast.
Nog een toast aan de vriendschap.
Wekkers.
Het ijs.
Bericht.
Voor- en nageslacht.
Voorgeslacht.
Nageslacht.
Puntdichten.
Op weeskind.
Op bevangen zieketrooster, die van Leyden naar den Haag moest.
Op bochel.
Op dronkaart.
Op dood paard.
Op natte hondeneus.
Op blindeman.
Op vergevingsgezindheid.
Grafschriften.
Op Karel I.
Op Poot.
Op Bilderdijk.
Op Leydschen held.
Op tooneeldirecteur.
Op N.N.
Op jeugdig fluiter
Op aanspreker.
Op kleêremaker.
Op wekker.
Op matroos.
Op génereusen Jood.
Op naarstige juffer.
Op iemand zonder neus.
Ander.
Nog een ander.
Op eenoog.
Op stomme.
Op iemand vermoeid.
Op iemand beleefd.
Op iemand ontevreden.
Op zuigeling.
Ik of gy?
Op kerkhof.
Op Jodenkerkhof.
Opschriften op uithangborden.
Ander.
Ander.
Ander.
Ander.
Ander.
Ander.
Iets over den schrijver en zijn dichttrant.
← Prev
Back
Next →
← Prev
Back
Next →